Wij hebben het goed, maar onze huisdieren hebben het nog veel beter. Culinaire hoogstandjes krijgen ze te eten. Zou je denken tenminste. Maar als je naar de ingrediëntenlijst kijkt blijkt het toch wat ingewikkelder te liggen. Het grootste gedeelte van het voer blijkt geen rund, lam, kip, gevogelte, zalm of wild. Maar dierlijk bijproduct. En fabrikanten houden angstvallig geheim wat dat precies is. Wat eet jouw dier eigenlijk?
In Nederland hebben we zo’n 1,5 miljoen honden en 2,5 miljoen katten. En daar wil je natuurlijk het allerbeste voor. Dit is sterilised voor gesteriliseerde katten, outdoor voor katten die naar buiten gaan, indoor voor katten die binnen blijven…
Maar al het honden- en kattenvoer dat je kan kopen heeft een ding gemeen. “Maar als ik gewoon kijk naar de ingrediënten dan zie ik eigenlijk overal staan: vlees en dierlijke bijproducten”. “Dat klopt”. Om te weten wat dierlijke bijproducten zijn zou je kunnen bellen met de fabrikanten. Maar die laten helaas weinig los. “En wat wilt u precies weten, want ik mag niet allerlei informatie geven”. “Nee, die afspraak mag ik niet met u maken”. “Nee, helaas”. En dat is niet zonder reden. DE herkomst van de ingrediënten voor een blikje voer is namelijk nogal verrassend. Dierlijk bijproduct staat ook wel bekend als slachtafval. “Dit is de slokdarm, dit zijn de longen, de luchtpijp, de lever. Hier zit het hart”. Het is misschien niet leuk om te horen, maar jouw trouwe viervoeter te eten krijgt alles te weten waar jij je neus voor ophaalt. “Dit is de maag, dit is de milt”. Slokdarm, huid, nieren, magen, blaas, baarmoeder, uiers, poten en zelfs de edele delen. Jij laat het misschien links liggen. Je hond of kat vindt het heerlijk. En er is nog iets. Meestal is het niet eens het slachtafval van een dier. Op de verpakking staat dan misschien dat je rund, zalm, kip, tonijn, gevogelte of wild koopt. In de praktijk koop je voer dat voor maar 4% ook daadwerkelijk uit dat dier op de verpakking bestaat. Want naast flink wat water en toevoegingen, zoals gelatine, bestaat het vlees in dierenvoer voor maar liefst 96% uit een kleurrijke mix aan slachtafval. “Uiteindelijk heb je heel veel diersoorten die gebruikt kunnen worden. Bijvoorbeeld konijn, paard of hert.” “Herten, konijnen, paarden, varkens.” En zo zit in veel van de blikjes en zakjes die je koopt een mengsel van dieren. En kun je dus zakjes met dezelfde inhoud hebben, maar met allemaal een andere naam. “Dus ze doen alsof het die smaak is, maar uiteindelijk zit er meer van een ander dier in”. “Dat kan”. En al is de smaak op de verpakking misschien niet helemaal terecht, je hebt in ieder geval altijd een heerlijk gemengd bakje slachtafval. Geef mijn portie maar aan Fikkie. Die vindt het nog lekker ook.