De tompoes is misschien wel het allernederlandste gebakje van Nederland. Zeker als je ziet hoeveel mensen tompoezen eten: miljoenen! Maar hoe maak je zoveel tompoezen? Het idee van de tompoes komt uit Frankrijk. Daar noemen ze het een mille-feuille. Mille betekent duizend en feuille betekent blaadje. Duizendblaadjesdeeg dus! Het maken van een goede tompoes begint met bladerdeeg. Maar hoe krijg je zo'n mooie korst met verschillende laagjes? De laagjes ontstaan door een slimme verdeling van de boter in het deeg. Het deeg en de boeter worden uitgewalst. De plaat die dan ontstaat wordt opgevouwen…en weer uitgewalst. En nog een paar keer. Op die manier krijg je een stuk deeg dat uit meer dan honderd laagjes bestaat. Je ziet daar nu nog niet veel van. Maar straks in de oven smelt de boter tussen de laagjes. En daar wordt de korst heel luchtig van. En zo komt hij dus uit de oven. Kijk, perfecte laagje! De korst van de tompoes is klaar. Nu kan hij opgebouwd worden. Banketbakkersroom wordt hier kant en klaar aangeleverd. Daar zijn veel recepten voor. Er zit in elk geval suiker, melk, vanille en room in. Eerst wordt de room gelijkmatig over de plaat verdeeld. Dan komt de bovenste deeglaag erop. En dan wordt er glazuur aangebracht, het laagje dat de tompoes een echte tompoes maakt. Meestal is de kleur roze, zo hoort het. Maar soms wordt er een uitzondering gemaakt. Bijvoorbeeld op Koningsdag, dan is-ie oranje!
Uiteindelijk wordt de hele plat met een vlijmscherp mes tot losse tompoezen gesneden. Een cursus tompoes! Hoe heet je hem nou zonder dat het een rommeltje wordt? Methode 1. Je scheidt de bovenkant en onderkant van elkaar...en je verdeelt de room over beide kanten. En je eet hem als een toostje. Mmm! Methode 2. Je kantelt de tompoes op z'n zijkant. En dan druk je je mes erdoorheen. En dan kun je hem eten. Methode 3. De meest onvoorspelbare methode!
Je pakt hem met twee handen beet, zet je tanden erin...en je ziet wel waar het schip strandt! Mmm, eet smakelijk!