Molletje. Zeg, als jij zo aan het graven bent in dat bruine donker...wordt het dan nooit saai? Saai? Het is toch hartstikke leuk onder de grond? Ja, wat bedoel je? Nou, als je ergens bent is het heel leuk. Dan zie je allemaal mooie dingen en zo. Maar als je aan het graven bent, dat is toch saai onder de grond? Ik vind het anders heel leuk onder de grond. Ja, je kunt allemaal botten vinden. En schatten. Hahaha. En het is er ook gewoon mooi. Een, twee, hup! Molletje, waar ben je nu? Kijk nou wat ik ontdekt heb bij het graven. Zo mooi! En gewoon onder de grond. He? Regent het daar soms, Molletje? Ik hoor allemaal gespetter. Maar dat kan toch helemaal niet, regen? Ja, ik snap het ook niet. Zo, ik ga nog even langs een van m'n lievelingsgrotten. Hoep! Er groeien hier allemaal mooie, lange punten. Wat geweldig. Oh! Mooie, lange punten. Pip, zie je nou wel dat het leuk is onder de grond? Maar misschien wel iets te leuk. Straks vindt Molletje het zo mooi dat hij niet meer terugkomt. Hoep. Whaa! Ik kom altijd terug, Pip. Onder de grond is het heel erg leuk. Maar de Tovertuin blijft altijd mijn lievelingsplek. En van ons! Ja! Kom op, jongens, we gaan nog meer graven! Kijken of er een schat ligt! Oh, ik heb nog een bot! O, ik heb er ook een!