De Eerste Wereldoorlog, die duurde van 1914-1918, is vooral bekend geworden als een 'loopgravenoorlog'. De loopgraven waren goed te verdedigen met machinegeweren, artillerie en prikkeldraad.Het bleek een stuk moeilijker om ze te veroveren.In de zomer van 1916 willen de geallieerden een doorbraak forceren bij de rivier de Somme.De bedoeling is om de Duitse stellingen te vernietigen. Daarna kan de infanterie ongehinderd hun loopgraven innemen.In een week tijd vuren de geallieerden zonder ophouden anderhalf miljoen granaten af. Het geluid is zo hevig dat het aan de andere kant van het kanaal in Engeland wordt gehoord.Wat de Engelse niet weten is dat de Duitsers zich diep in bunkers hebben ingegraven, soms tot 50 meter onder de grond.Het effect van de artillerieaanval valt daarom tegen. De bombardementen blijken niet erg precies. De Duitse stellingen zijn nog grotendeels intact.De Duitsers wachten rustig af tot de beschietingen voorbij zijn.Dan nemen ze hun stellingen weer in en wachten de Engelsen op.Op 1 juli volgt het sein ten aanval. De Engelsen kruipen hun loopgraven uit en lopen recht in de val.De Duitse mitrailleurs wachten de nietsvermoedende Engelsen op.De aanval is zinloos. De geplande doorbraak mislukt. Terrein wordt nauwelijks veroverd.Op de eerste dag van de Slag aan de Somme sneuvelen alleen al 20.000 Britten. 35.000 raken gewond.Toch ging de Slag aan de Somme de volgende dag door, en de weken erna tot ver in november toen regen en kou er een einde aan maakten.De slag aan de Somme was een van de meest bloedige veldslagen uit WOI.