Voor mij is vrijheid eigenlijk gewoon met mensen van wie je van houdt met elkaar kunnen zijn en dat je niet steeds afscheid hoeft te nemen. Vrijheid is niet bang hoeven te zijn. Kunnen doen en laten wat je wilt.
Wie ben jij? Ik ben Trijneke Blom-Post en ik ben de tweede van een groot gezin. Als je de foto ziet, sta ik rechtsonder. En wie ben jij?
Ik ben Sara en ik ben vijftien jaar oud. Ja. Ik ben geboren in Syrië, in Aleppo en ik ben gevlucht van Syrië toen de oorlog was begonnen.
Wat is jouw eerste herinnering aan de oorlog?
Ik en mijn zusje gingen bijvoorbeeld altijd 's nachts aan het raam zitten en sterren tellen. Het was gewoon normaal een nacht bij ons, we waren gewoon aan het slapen. Die nacht hoorden we een bom. Ik en mijn zusje renden naar mijn moeder en mijn vader, we maakte ze wakker. Het was zo van, ja, wat is dat voor geluid? Wat gebeurt hier? En mijn ouders wisten het ook toen nog niet. Na een paar dagen wisten we dat er een oorlog uitbrak. Dus toen moesten we in plaats van de sterren gaan bommen tellen, hoe vaak een bom valt.
Wow, wat een spelletje. Tellen waar een bom valt en hoeveel er vielen. Ja.
Wat was uw eerste herinnering?
Mijn eerste herinnering aan de oorlog was de dag dat de Duitse soldaten door het dorp trokken. Duitse soldaten zingend en marcherend, vliegtuigen en geluiden. De bezorgdheid van de volwassenen. Ik was bang. En jij, was je bang?
Eerlijk gezegd, eerst niet. Ik wist totaal niet wat een oorlog was of wat voor bommen het zijn, maar nadat ik zag hoeveel mensen er dood aan gingen. Toen werd ik wel een beetje bang. En heb je ook gewonde mensen gezien? Ja, heel vaak. En dode mensen? Ja, ook vaak. Wat deed dat met jou? Ja... Ja, ik kon niet geloven dat zoiets zou gebeuren. Gewoon opeens, want de dag ervoor was het gewoon een normale dag, was ik met mijn ouders, met mijn hele familie en de volgende dag zie ik verschillende bommen en een week later zie ik mensen met wonden. En nog een week later zie ik allemaal mensen die dood liggen. Dat er zoveel is verwoest. Ja. Ja, Sara, een oorlog levert alleen maar verliezers op, in alle opzichten. Er is geen winnaar.
Waarom kwam uw vader in verzet? Toen hij hoorde dat de Joodse bevolking gevaar liep, is hij de Joodse bevolking gaan helpen. Er moesten allerlei onderduikplekken gevonden worden voor al die mensen. En daar heeft hij zich erg mee bezig gehouden. Het werd heel druk in huis. Er kwamen steeds meer mensen en het gebeurde wel eens op een avond dat er wel dertig mensen kwamen.
Vader was opgepakt. Toen moeder dat te horen kreeg, moest het gezin halsoverkop onderduiken en een oom en tante van me die op dat moment op het dorp waren die hebben mij uit school gehaald en meegenomen naar hun huis, ergens in the middle of nowhere. Ik wist niet waar mijn ouders waren in die tijd. Ik wist wel dat ze door waren gegaan met verzetswerk en dat ze niet meer thuis waren. Maar verder wist ik ook niks. Ik voelde me erg alleen. Ik was erg op mezelf aangewezen en ik heb me ook eigenlijk teruggetrokken in mezelf.
Wat was voor jou het moeilijkste om als kind oorlog mee te maken? Dat ik gescheiden was van iedereen en dat er ook niet gesproken werd met je. En wij konden ook geen vragen stellen. Juli '44 was er een groep verzetsvrienden. Die wilde hij bevrijden en hij werd gewaarschuwd. Maar ondanks de waarschuwingen heeft hij het toch gedaan en dat is fout gegaan. Heel kort daarna is hij in de duinen bij Overveen doodgeschoten. Hoe voelde u zich? De volgende morgen, toen ze mij vertelde dat hij dood was? Toen had ik iets van: 'O.' Als je vader dood is, dan moet je wel even huilen. Maar ik had er helemaal geen gevoel bij. Die oorlog, daar was voor mij al zoveel in veranderd en ik wist ook eigenlijk niet meer waar ik aan toe was. En ik heb jaren gedacht: 'Vandaag of morgen staat hij op de stoep', terwijl ik wist dat hij doodgeschoten was. Ja, maar dat werd ons als kind ook verder niet uitgelegd.
Sara, voor wie moest jij vluchten? En waarom? Het begon eerst allemaal toen mijn moeder het te gevaarlijk vond. Vooral in Aleppo was het echt heel erg. Het was zelfs volgens mij erger dan alle andere gebieden in Syrië. Ik wou eigenlijk eerst niet vluchten, maar mijn moeder, die was heel erg bang voor ik en Ayaan en voor mijn vader natuurlijk. Ze wou niet dat wij in zo'n land leefden waar we bang moesten zijn om buiten te lopen of om naar school te gaan. Of om naar mijn oma te gaan. Dat vond zij niet echt een leven voor een gezin of voor kinderen en zij en mijn vader hadden dus besloten dat we gingen vluchten terwijl ik en mijn zusje het niet wouden. En toch was je ook bang voor de oorlog en de gevolgen daarvan. Maar je wilde toch niet weg uit Syrië? Ja klopt. Dat was voor jou lastig? Ja. Ik was bang dat ik nooit meer naar mijn land terug zou kunnen gaan, dus daarom wou ik eigenlijk niet echt weggaan. Jullie moesten ook plotseling weg. Ja, wij moesten plotseling weg. Toen werd het opeens te erg. En toen zijn moeder: We moeten nu echt gewoon vluchten. Het was echt de volgende dag daarna, toen gingen we gelijk. Ja, dus eigenlijk net als bij ons dat je halsoverkop eigenlijk weg moet. Ook niks kunt meenemen. Want heb jij nog wat mee kunnen nemen? Ja, de dingen die ik heel graag wou meenemen niet. Ik had alleen kleren. Dat moesten we meenemen. Dat was het enige wat je mee kon nemen. Ja, ja, zo gaat het dan, hè. Ook geen knuffel? Nee. Die is nog in Syrië. Ja, klopt.
Ik ging met de auto. We waren onderweg naar Libanon. Vader was er niet bij. Alleen ik en mijn moeder en mijn zusje. Ik en mijn zusje waar allebei een beetje bang van, ja, waar gaan we naartoe? Wat gaat er gebeuren? En met mijn vader, met mijn andere familie? Kunnen we die nog terugzien? Ja, ik vond het echt niet leuk. Vooral omdat mijn vader niet erbij kon. Het voelde echt alsof de familie stuk ging. En toen je eenmaal in Libanon was, hoe was het daar dan? Ik was veilig daar, alleen, het voelde niet echt alsof ik thuis was. Ik ging gewoon naar school. Het was gewoon een normaal leven, net als vroeger in Syrië. Alleen, ik miste heel veel stukjes die ik niet kon terugkrijgen. Bijvoorbeeld, mijn vader bracht me altijd naar school. Dat kon nu niet meer. Ik miste hem echt heel erg. Ik probeerde elke dag met hem te praten, maar dat lukte soms niet omdat er gewoon geen internet in Syrië was.
Waarom moest je vader helemaal naar Nederland vluchten? Mijn vader moest naar Nederland vluchten om een veilig plekje te kunnen vinden waar ik en mijn moeder en mijn zusje kunnen wonen. Ja. Dus hij ging eigenlijk vanaf Syrië naar Nederland vluchten en wij gingen niet gelijk mee, zodat hij zeker kan weten of het daar veilig was, of hij daar überhaupt een huis kon vinden en werk. Dus van Turkije is hij met de boot gegaan naar Griekenland en toen vanaf daar naar Nederland. Zo'n kleine boot waar vijf mensen in passen, vol met 30 mensen. Iemand kan zomaar eruit vallen. Het was best wel gevaarlijk, dus daarom konden wij niet gelijk mee met hem. Ik had een gevoel van angst, maar ik had ook een beetje hoop. Ik wist totaal niet hoe Nederland eruit zal zien. Ik zat vol met spanning of het net als Syrië eruit zou zien of een ander soort land. Ik zat vol met blijheid dat ik mijn vader weer kon zien, na een jaar, 'Eindelijk kan ik hem dit keer zien'. En dan gewoon niet weer afscheid nemen, elke keer afscheid nemen.
Wat was het moeilijkste om aan te wennen? Ik denk de taal. Want ik kon toen nog geen Nederlands. Ik kende de cultuur niet. Ik wist nog niks, dus daar moest ik allemaal nog aan wennen, verschillende cultuur, verschillende taal.
In Nederland is het zeg maar heel erg stil en bij ons in Aleppo heb je echt mensen met elkaar die leven en die gewoon veel lawaai maken en geluid. En we zitten bijvoorbeeld elke nacht gezellig met elkaar iets te vieren of zoiets. En in Wassenaar was het best wel stil en ik miste mijn cultuur een beetje, maar ja.
We zijn weer bij elkaar gekomen. We gingen gewoon weer leven met elkaar en we deden alsof er niks aan de hand was. Ervoer je na de oorlog vrijheid? Nee, na de oorlog voelde ik geen vrijheid. Ik was ook niet blij zoals anderen blij konden zijn. Ik zag de tanks wel voorbijrijden, maar het kon mij niet blij maken. Ja, kennelijk was er zoveel gebeurd dat ik daar ook geen gevoel meer bij had. Wat zou u wel blij kunnen maken? Nou ja, ik denk dat op dat moment er niks was dat me blij kon maken. Ja, misschien als mijn vader niet dood was geweest en dat wij weer als gezin helemaal bij elkaar konden komen. En ik denk dat dat wel heel belangrijk voor mij geweest zou zijn. Ja.
Sara, wat heb je verloren? Een stukje van mijn kinderleeftijd waar ik me niet echt per se als een kind kon voelen. Ik heb heel veel vrienden verloren die ik nu nog steeds niet kan zien. Ja, mijn familie heb ik niet helemaal verloren, maar het voelt wel alsof ik ze heb verloren, want ik heb ze echt heel lang niet gezien. Voelt dat nog erg naar? Ja. Ja, dat blijft, hè. Ja.
Wat heeft u verloren? Ja, eigenlijk net wat jij zegt, hetzelfde. Je bent een stuk van je jeugd kwijt, maar ik ben ook een stuk veiligheid kwijtgeraakt in de oorlog, en dat op jezelf teruggeworpen worden. En dat is eigenlijk altijd gebleven. Ik denk nog altijd dat ik het zelf moet doen. Heb je ondanks de oorlog ook fijne herinneringen aan die tijd? Fijne herinneringen? Nee, dat wil er bij mij niet zo in, aan die tijd. En heb jij ze? Ja, het is een beetje moeilijk, want mijn vader en moeder probeerden het zo erg mogelijk als thuis te laten voelen alsof er geen oorlog was. Dus bijvoorbeeld elke nacht liet mijn vader ik en mijn zusje verhalen vertellen. Toen gingen we altijd boeken lezen, 's nachts met mijn vader. Dus ja, ik voelde me wel veilig soms. En als ik eerlijk ben, heb ik wel leuke herinneringen.
Wat gaf jou hoop om verder te gaan? Ik denk mijn vader. Hij gaf me altijd inspiratie om gewoon verder en door te gaan. Hoe het gewoon beter kan gaan als je gewoon hoop hebt in wat je gelooft. Ja, wat kunnen andere mensen doen om te helpen? Als je gewoon aardig tegen diegene praat en misschien soms helpt als die de taal niet begrijpt of als die cultuur niet begrijpt, dat geeft hoop aan diegene. Nou, dat ben ik helemaal met je eens. Dat heb ik zelf ook. Als anderen naar je kunnen luisteren. En jij je verhaal kunt doen en dat er aandacht voor is en dat er ook respect is voor de ander. Dat is voor mij ongelooflijk belangrijk.
Wat is vrijheid voor jou? Vrijheid is voor mij... Niet bang hoeven te zijn. Vrijheid is ook kunnen doen en laten wat je wilt. En voor jou? Voor mij, ja, als ik eigenlijk 's nachts nog naar de sterren zit te kijken of als ik de lucht in kijk, dan voel ik me best wel vrij. En terwijl ik dat doe, zit ik mijn gevoelens op te schrijven in een boek. Een soort dagboek? Ja, dan voel ik me eigenlijk heel kalm. Dan voelt het alsof gewoon alles goed gaat komen.