Ik ben in een winkelgebied. Ik moet een beetje opschieten want mijn accu is stuk. Dus voor mijn telefoon ermee ophoudt wil ik jullie even laten zien wat jij en ik en al die mensen hier nou zo leuk vinden. Namelijk: shopp-
Ja, nou ja, shoppen dus. Nieuw speelgoed, nieuwe kleding. Een nieuw mobieltje, omdat die van jou niet helemaal 100% meer is. Of omdat er een nieuw model op de markt is. Kijk, ik hou ook van shoppen, maar al die spullen die worden niet zomaar uit de lucht gemaakt. Voor alles wat we doen en kopen, gebruiken we een stukje van de aarde.
Mijn telefoon. Er zijn grondstoffen en energie nodig om die te maken. En wat dacht je van, hier, kleding. Daar is echt bizar veel voor nodig.
Allereerst een katoenplant. Die moet weer ergens verwerkt worden tot stoffen. Ergens anders wordt dat weer gekleurd en weer ergens anders wordt er dan een T-shirt van gemaakt. En daar zijn allemaal stukjes grond voor nodig. Grond voor de katoenplantages, voor de fabrieken en ook voor de bomen die schadelijke gassen uit de lucht moeten halen. Gassen die vrijkomen bij de productie en vervoer van kleding. Alle stukken aarde tezamen die nodig zijn om te leven zoals wij leven heet de 'ecologische voetafdruk'. Een gemiddelde Nederlander heeft om alles te doen, te reizen, te eten, te wonen en te kopen, in een jaar vijf hectare van onze aarde nodig. Meer dan zeven voetbalvelden groot. Zo groot is dat dus. Een enorme lap grond en dat allemaal voor één Nederlander. Ja, dus als iedereen op de wereld zo'n voetafdruk heeft, dan zouden we gewoon drie wereldbollen nodig hebben.
Een vijfde deel van onze voetafdruk is nodig voor alle spullen die we kopen.
Maar waarom kopen we eigenlijk zo veel? Waarom kopen we zoveel spullen? Nou ja, bijvoorbeeld omdat iets stukgaat. En vaak gaan dingen sneller stuk dan nodig is. En als er dan iets stukgaat, bijvoorbeeld je telefoon, dan ben je geneigd om hem weg te doen. Dat is op zich ook niet zo gek, want veel spullen worden zo ontworpen dat ze niet per se heel lang meegaan of moeilijk te repareren zijn. Waarom? Simpel... Moneys, doekoe's, ekkie, millies, donnies, stacks. Oftewel: geld. Zo verdienen bedrijven geld.
Kijk, dat kan ik heel simpel uitleggen met deze gloeilamp. Dat is een lamp met een gloeidraadje erin. Die branden niet zo heel lang. Ongeveer anderhalf jaar. Maar er is gewoon een gloeilamp die al brandt sinds 1901. Dit zijn livebeelden van die lamp die dus al meer dan 120 jaar brandt. Waarom deden onze lampen thuis het dan niet zo goed? Nou, de grote gloeilampfabrikanten hadden met elkaar afgesproken dat een lamp niet langer mocht branden dan 1000 uur. Dus na een paar maanden moesten ze stukgaan. Zo konden ze weer nieuwe lampen verkopen en verdienden ze dus meer geld. Spullen worden nog steeds zo gemaakt dat je snel een nieuwe nodig hebt.
Neem nou je telefoontje. Stel je voor, je zou daar tien jaar mee doen. Dan verdient een telefoonfabrikant dus tien jaar lang niks aan jou. Daarom maken telefoonfabrikanten het niet gemakkelijk om hun telefoons te repareren. Gelukkig weten ze daar hier wel raad mee. Repareren is namelijk heel goed om je voetafdruk te verkleinen. Dit is het 'repair café' en dit hier is reparateur Annemarije. Annemarije, kom je nou vaak spullen tegen die zo zijn gemaakt dat ze dus snel stukgaan? Ja, helaas wel. Dit soort oortjes bijvoorbeeld. Of eh... Remote-autootjes of helikoptertjes. Dat zijn eigenlijk van die dingen die na één keer gebruiken stukgaan. Ze zijn ook lastig te repareren. En hoe zit dat dan met telefoons? Van mijn telefoon gaat de accu echt supersnel leeg. Alleen ik kan hem zelf niet meer zo makkelijk vervangen als vroeger. Die nieuwe telefoons zitten vaak dichtgelijmd. Ze zijn heel moeilijk te openen. Zo word je gedwongen om snel weer een nieuwe te kopen. Dus dit is gewoon helemaal niet meer te repareren? Ja, het kan wel. Maar het kost gewoon veel tijd. Eerst moeten we dus die achterkant warm gaan maken. Op deze manier wordt de lijm zacht. En dan kan ik hem dus wel los gaan halen. Dus niet te heet zetten? Niet te heet. Het kan de techniek van je telefoon beschadigen. Gaat echt niet makkelijk, hè? Echt niet makkelijk, nee. Het is toch bizar hoe moeilijk ze het maken om gewoon je eigen telefoon open te maken. Nou...Zo! Dan moet ik nu allemaal kleine schroefjes gaan opendraaien. En nu gaan we de voorkant weer föhnen. Ja. Zo. Kijk... En kunnen we eindelijk bij die batterij. Dit is hem, hè? Hier gaat het om. Hier gaat het om. Nou ja... Zelfs die accu zit gewoon vastgelijmd. Ze willen gewoon echt niet dat je hem zelf vervangt, hè? Klopt. Dan kunnen wij nu de nieuwe accu erin gaan stoppen. Nou, alsjeblieft. Dus hij is weer de oude? Ja. Hij doet het weer.
Maar hoe krijgen we nou producenten zo ver dat ze hun spullen repareerbaar maken? De politiek kan daar een grote rol in spelen. In 2020 is er een wet aangenomen waarin staat dat fabrikanten hun spullen meer repareerbaar moeten maken. En daarin staat ook dat er nog tien jaar reserveonderdelen beschikbaar moeten zijn. Dus de politiek heeft daar wel echt invloed op. Maar jij kunt ook een heel groot verschil maken. Stel, je bent ergens niet tevreden over, of het niet mee eens, dan kun je een fabrikant gewoon een mailtje sturen. En als dat dan niet werkt, kun je natuurlijk ook gewoon een brief sturen naar de minister-president.
Er zijn ook producenten die het wel belangrijk vinden dat spullen repareerbaar zijn. Ja? Zoals deze telefoon. Die haal je eigenlijk heel makkelijk uit elkaar. Gewoon de bovenkant er vanaf. En dan heb je hier de batterij. En die trek je er zo uit. Superhandig. Haha.
Repareren scheelt echt. Want als je je telefoon door hem te repareren dubbel zo lang kunt gebruiken, dan wordt je voetafdruk daardoor 100 vierkante meter kleiner. En dat is gewoon een stuk grond ter grootte van een gemiddelde woning.
Nog makkelijker dan een nieuw mobieltje kopen we nieuwe kleding. Moet je maar eens in je eigen kledingkast kijken hoeveel kleding er eigenlijk nog prima is maar die je nauwelijks draagt. Is er nieuwe mode? Hoppa, nieuwe kleding. Zit er een gaatje in of is er een knoopje af? Nieuwe kleding. Heeft je favoriete TikTokker een leuk shirt aan? Nieuwe kleding. En het is ook eigenlijk niet zo heel gek, want veel kleding wordt gewoon heel goedkoop gemaakt. Dat is fijn voor onze portemonnee, maar het is niet goed voor de aarde. 'Fast fashion' noem je dat. En hier kun je heel goed zien hoe onze kledingindustrie een echte wegwerpindustrie is geworden.
De Atacama-woestijn in Chili is daar een goed voorbeeld van. Daar wordt kleding van over de hele wereld gedumpt. Moeten we dan helemaal geen kleding meer kopen? Ja, dat is natuurlijk best wel lastig. Want ik vind het ook leuk om af en toe gewoon iets anders te dragen. Dus wat kun je nou doen om die voetafdruk zo klein mogelijk te houden? Er zijn drie opties. De eerste is hergebruiken. Het opnieuw dragen van kleding. Ja, kijk, dat is natuurlijk superduurzaam, maar het kan alleen als die kleding een beetje van goede kwaliteit is. Je kunt tweedehands kleding kopen, maar je kan natuurlijk ook gewoon kledingruilparty's organiseren met je vrienden. Da's ook nog eens hartstikke gezellig. Tweede optie is kleding kopen van gerecycled materiaal. Dan wordt er van ingezamelde kleding opnieuw garen gemaakt. Eerst wordt de oude kleding gesorteerd op kleur en materiaalsoort. Kijk, hier heb je bijvoorbeeld rood acryl. Hier ligt wit katoen. En dan worden alle ritsen en knoopjes er afgehaald. Hier heb je bijvoorbeeld blauw katoen. En vervolgens kan er dan nieuw garen van gemaakt worden waar je dan weer nieuwe kleding mee kan weven. Dit is de derde optie. En dat zou een voorproefje kunnen zijn van hoe we in de toekomst gaan shoppen. Namelijk de kledingbieb. Wil je nou de nieuwste kleding, regelmatig iets anders aan en toch de aarde zo min mogelijk belasten, dan léén je gewoon kleding, net als je boeken bij de bieb.
Dit wordt hem. Als je hier een kledingstuk leent dan betaal je een klein bedrag voor elke dag dat je de kleding in huis hebt. Als je er dan op uitgekeken bent, breng je het gewoon terug. Dan kan iemand anders het lenen. Dan wordt het gewassen en is het voor de volgende. En zo kan dit pak dus gewoon door heel veel verschillende mensen gedragen worden. Alsjeblieft. Toppie. Dank je wel.
Marieke hier weet alles over kleding en dan vooral over de duurzaamheid ervan. Marieke, is dit nou de toekomst wat onze kleding betreft? Dat zou eigenlijk zomaar kunnen. We delen natuurlijk allang boeken. Vinden we heel normaal. Dus waarom zouden we kleren dan niet delen? Dat kan via zo'n bieb. Maar je kunt het ook makkelijk zelf doen. Onderling. Je kunt een ruilfeestje organiseren. Dat is heel leuk om samen te doen, toch? Ja. En heeft het veel zin om dat te doen? Ja, wij mensen produceren elk jaar zo'n 100 miljard kledingstukken. Woo, dat is echt heel veel! Echt heel veel. Dus stel nou dat we in plaats van steeds nieuwe dingen kopen, samen doen, en bijvoorbeeld een jas door vier mensen wordt gedragen. Dan zou dat zomaar miljarden kleren kunnen schelen. En dus ook heel veel impact. Dus zo kun je toch nog steeds iets anders dragen, maar blijft je voetafdruk binnen de perken.