Oke Lina... Nina gaat daarom 0,25 minuut in ijskoud water zitten. Ik kijk naar de invloed daarvan op haar lichaamstemperatuur. Waarom ik? Dat is het plan. Ik ga daar niet in. Blad, steen, schaar. Ik ben heel content dat ik nu Lina niet ben. Ik ga eerst uw temperatuur van nu meten. Normaal is de lichaamstemperatuur zo'n 37°. 36,8. Oke, dan mag je nu plaatsnemen in dit warme, luxe bad. Onderkoeld ben je als je 35° meet. Kritiek is het al bij 32°. Onder de 28° is meestal dodelijk. Eens zien of het ijswaterbad Lina's temperatuur naar beneden krijgt. En start. 5, 4, 3, 2, 1...Stop! Kom eruit. Kom eruit. Oke. Ik ga je huidige temperatuur meten. 36,7. Dat is maar 0,1 minder. In 15 seconden is de temperatuur 0,1° gedaald. Geen spectaculaire daling. Hoe kan dat nou? Het water is ijskoud. Hoe kan het dan dat ik zo bibber? Ik bel met de universiteit van Maastricht en krijg een professor aan de lijn. Ik heb een vraag. Ik zat net in koud water. Ik vertel hem dat ik in ijswater zat. En lag te trillen van de kou. Maar dat mijn lichaam nauwelijks afgekoeld was. Hoe kan dat? Dat je ging rillen is een goede reactie. Als spieren gaan trillen, produceren ze warmte. Dus als je het koud krijgt, gaat je lichaam eerst rillen. Dat doen je spieren automatisch, en gelukkig maar. Dat trillen van je spieren zorgt voor extra warmte in je lichaam. Als je daar de kracht niet meer voor hebt, koel je sterk af. Zeker wat oudere mensen hebben een mindere temperatuurregeling. Ouderen hebben vaak al wat minder spierkracht en kunnen daarom minder goed trillen op hun lichaam warm te houden en het niet snel koud te krijgen.