O, nee! Het palmalarm! Dat is voor alle dingen waar palmolie in zit. Zoals deze pindakaas. Maar, er is een probleem met palmolie. Vandaag gaan wij op zoek naar een alternatief. Dit is Lab Leven. Dit is nou palmolie. Ehm, vettig. Het heeft niet echt een geur of smaak. En het zit dus echt overal in want het zorgt ervoor dat iets lekker smeuïg wordt. Zoals deze pindakaas. En het allerbeste is: Het is supergoedkoop. Daarom zit het overal doorheen. Crackers. Ontbijtkoek. Chocolaatje. Chips. Het zit zelfs in... douchegel? Oke, er staat ook geen palmolie op...maar er zijn wel 200 verschillende soorten stoffen... die van palmolie kunnen zijn gemaakt. Sodium lauryl sulphate...polysorbate-20, polysorbate-80, polysorbate-85. Ethylhexyl hydroxy... Ethyelhexyl hy....Ethylhexyl hydroxys... ster... ios. En: sodium laureth sulfate. En weet je wat nou het probleem is met die palmolie? Palmolie komt van de oliepalm, een palmboomsoort. En die groeit normaal gesproken in een nat en warm klimaat...waar bijvoorbeeld ook een regenwoud kan groeien. Maar omdat palmolie zo populair is worden hele stukken van het regenwoud platgebrand om daar oliepalmplantages neer te zetten. En dat regenwoud waar normaal gesproken dieren in leven verdwijnt dus helemaal. Dat is bijvoorbeeld ook de reden waarom orang-oetans worden bedreigd. Hoog tijd dus voor een alternatief. Hee, Rene. Hai.
Deze groene drab, is dat het alternatief voor palmolie? Ja. Wat zie ik hier? Dit zijn algen. Die zitten ook bij mij in de vijver, toch? Dit zijn niet dezelfde, dat is een andere soort. Deze soort is in staat om olie te maken. Net als de oliepalm. Ja. Eigenlijk zijn het hele kleine oliepalmpjes. Hier heb je een fles. Wauw. Ik heb wel een paar algjes gemorst maar de meesten heb ik wel gevangen. Ik ga gewoon een, twee...Jaja. Een, twee, hop! Ken je die groene limonadesiroop? Een smoothie. Ja, precies! Een spinaziesmoothie, daar lijkt het op. Oe. Zo. Hahaha. Sorry, jongens. Oke. En dit gaat zo meteen heel hard ronddraaien? Ja. Dan is de waterlaag boven en de algen beneden. Oke. En nu moeten we even wachten. Oke. En eh... hoelang duurt dat ongeveer? 10 minuutjes. Oke. We kunnen ondertussen kijken hoe de algen eruitzien...onder de microscoop. Leuk. Wat ik nu zie is EEN druppeltje uit de fles die ik net had? Dit is EEN druppeltje uit die fles. Hoe vaak is dit vergroot? Duizend keer. O, je ziet heel duidelijk die groene bubbeltjes. Dat is een enkele algencel. Ja. En die is groen. Daaromheen zie je witte, blauwe belletjes. Ja, klopt. En dat is de olie. Rene, ik moet zeggen, ik vind dit heel vet. Dat is het ook. Nou, dan kunnen we ze er voorzichtig uithalen. Hierboven zie je een waterlaag en hieronder...dat zijn de algen. Uit deze algjes gaan we de olie halen. Oke. We nemen de algen en gaan ze eerst vijzelen. Losse cellen hebben een celwand, binnen die cellen zit de olie. Die celwand moet stuk zodat die olie er makkelijk uit kan. Al die miljarden cellen. Ja. Oke. Zo. Het ruikt een beetje naar een zeehondenverblijf. Hahaha. Snap je het? Ja. Dan gaan we er nu oplosmiddel bij doen. Oke. Met dat oplosmiddel kunnen we de olie scheiden van de algen. Je ziet er echt al een laag op liggen. Ja. Dank je. Dat ziet er goed uit. Dit is de algenolie. Waarom is dit dan zo'n goed alternatief? Voor algenolie hoef je geen regenwoud te kappen. Oke. Je kan algen overal produceren waar het zonnig is. Bijvoorbeeld in de woestijn? Daar zou je algen kunnen groeien. Wat goed. Ik ga hier lekkere pindakaas mee maken, denk ik. Oke, daar gaan we. Wow! Mmm. Regenwoudvriendelijke pindakaas. Heerlijk. Joejoe! Sodium laureth sulfate? O, nee!