Hier in Westzaan staat u er wel bekend om dat u vaak met de scootmobiel rondracet. En ja.
Dat is helemaal niet waar. Voor mij rij ik helemaal niet zo hard. Ik reed op de stoepen en ik kijk heel goed uit.
Maar hoe komen die mensen erbij dat u rondracet?
Snap ik ook niet.
Marie Blommaart is al meer dan 100 jaar oud en rijdt nog steeds met haar scootmobiel door de wijk. Hoe anders is dat tijdens de Tweede Wereldoorlog. Marie heeft dan een belangrijke taak, want ze zit in het verzet tegen de Duitsers, net als duizenden andere vrouwen. Over de rol van vrouwen in dat verzet is relatief weinig bekend en historici vinden dat niet terecht.
Via haar moeder rolt Marie Blommaert op 22-jarige leeftijd het verzet in. Als de bonkaartcontroleur om hulp vraagt bij het herbergen van onderduikers en het regelen van bonkaarten, schakelt ze haar dochter in.
Oh, zei ze, dat doet ons Marie wel.
Dus daar ging u.
Ja, en daar ging ik.
Marie vervoert illegale pakketjes en voedselbonnen over de Schelde voor het Zeeuwse verzet en verleent zo hulp aan onderduikers. Dagblad Trouw is in de oorlogsjaren een illegale krant waarin wordt opgeroepen tot verzet tegen de Duitsers. Dat deze krant ook in de rondgebrachte pakketjes zit, hoort Marie pas later. U vervoerde de illegale trouw, maar wist u dat?
Nee, dat wist ik niet. Er stond de doodstraf op, want dat waren opruiende geschriften hè. De Trouw, dat stond gelijk aan... Ja, noem het maar spioneren of daar stond echt de doodstraf op.
Wist u hoe gevaarlijk het eigenlijk was wat u deed?
Nee! Welnee, wij waren zo naïef als wat.
Over de rol die vrouwen in het verzet speelden, zoals bij verzetskrant Trouw, was weinig bekend. Reden voor Trouwjournaliste en historica Rianne Oosterom om hier onderzoek naar te doen.
Ik denk gewoon dat als het gaat om het verhaal van het verzet, dat vrouwen een bijrol hebben. Want we kennen de term koerierster. We kennen de vrouw met de krant onder de rok of in haar korset. Maar wat deden ze nou echt? Gewoon de feiten. We hebben een lezersoproep gedaan en heel veel archiefonderzoek en ook heel veel egodocumenten gekregen. Dus denk aan brieven, dagboeken.
Want hoeveel waren er bekend van de Trouwgroep?
Er waren er ongeveer 25 bekend in de literatuur wordt hun inzet dan beschreven en nu hebben we er 300, dus dat is. Ja, daar was ik zelf ook heel erg verbaasd over.
Naar schatting zo'n 45.000 mensen hebben zich ingezet voor het verzet in Nederland. Hoeveel daarvan vrouw is, is onbekend.
Als je kijkt naar bijvoorbeeld het verzetsherdenkingskruis wat in de jaren tachtig werd uitgereikt. Daarvan was ongeveer 15% vrouw. Maar ik denk dat het werkelijke aantal echt wel een stuk hoger ligt, verhoudingsgewijs. Ik denk dat je dan echt makkelijk kan praten over 35 tot 40% van de verzetsdeelnemers. Hier zien we Hannie Schaft, meisje met het rode haar en het groene truitje met naast haar Truus en Freddy Oversteegen. Dit zijn hele bekende verzetsvrouwen, maar er zijn er nog zoveel die nog niet bekend zijn.
Historicus Mart van de Wiel deed onderzoek naar verzetsvrouwen in Noord-Holland. Uit zijn onderzoek kwam een lijst van 1650 vrouwen. 135 daarvan worden geëerd in de Janskerk in Haarlem.
Wat ik heb gezien is dat vrouwen heel erg belangrijk waren in de wat ik altijd noem de infrastructuur van het verzet. Dus vrouwen zorgden ervoor dat informatie, koerierswerk, dat informatie werd verspreid. Vrouwen zorgden voor onderduikadressen en ze namen ook gewoon deel aan het verzet, wat mannen ook deden, zoals dus sabotage, spionage eigenlijk. In al die facetten hielpen ze wel mee.
Marie Blommaart wordt verraden en op 12 oktober 1943 opgepakt.
Bakker, die heeft mijn naam genoemd nadat al zijn tanden uit zijn mond geslagen waren, want dat noem ik geen verraad. Hij is erg, erg gemarteld, die man.
Ze komt in verschillende kampen terecht waar ze vreselijke dingen ziet. In kamp Haren smokkelt ze via de vuile was geborduurde boodschappen naar het thuisfront.
Heb alles ontvangen, hartelijk dank. Ben verhoord en met alles bedreigd, maar ken wel iemand in Goes, doch geen namen. Die zoom die werd zo vastgenaaid en die Duitsers die hebben dat, die hebben dat niet gemerkt. Want de vuile was ging naar huis. Ja.
Ja, en dan kwam die ook weer terug met hele brieven erin.
Dat verzet van u ging eigenlijk door terwijl u vastzat.
Ja, ja, wij hebben, ik heb altijd in verzet gezeten. Ik heb me altijd verzet.
Het verzet zoals we het kennen is eigenlijk het gewapend verzet. Dat werd heel lang gezien als het echte verzet. Terwijl wat vrouwen deden, zoals hulp aan onderduikers, koerierswerk, allerlei vormen van misschien meer verzorgend verzet. Ja, dat is gewoon heel erg onderbelicht gebleven. Dat werd niet als echt verzet gezien. Dat deed je erbij. Wat uit mijn onderzoek wel blijkt is dat die vrouwen toch in hun eigen familiekring hun verhalen wel gedeeld hebben, maar dat ze niet daarbuiten terecht zijn gekomen. Zoals mannen die dan soms hun doos over de oorlog naar het archief brachten, heebben de vrouwen dat denk ik op zolder laten staan.
Sprak u erover na de oorlog?
Nee, nee, nee. Ik kwam thuis en ik wou daarover vertellen. En iedereen zei: ach, dat is voorbij. Vergeet het maar. Maar het was niet voorbij.
Als tijdens Bevrijdingsdag tien jaar later de oorlog wordt herdacht, stort Marie Blommaart volledig in en belandt op de psychiatrische afdeling van een ziekenhuis. Wat kwam er naar boven?
Frustratie. Ik heb niks kunnen vertellen. Ik heb het niet kunnen uiten. Al die vernederingen, al die ellende heb ik nooit kunnen uiten en dat is tien jaar later pas opgebroken.
Door specifiek die vrouwen uit te lichten, dan pas kan je het verzet als geheel goed zien. De teller voor Noord-Holland op dit moment staat op 1650 om en nabij, maar dat is nog lang niet iedereen. Het zou me niks verbazen als er voor Noord-Holland iets van 3000 zullen zijn en voor het hele land 15, 20, 25.000. Who knows.
Mary Blommaart is blij dat de rol van verzetsvrouwen nu beter belicht wordt. Ja, dat vind ik wel goed ja. Waarom? Nou, dat wij eindelijk ook eens meetellen. Ja, ja, dat vind ik wel prima.