Vandaag zijn we bij de nijlpaarden. Dit is Platsj. Hij is enorm groot. Nijlpaarden hebben een grote mond.
We kiepen de sla op de brug. Om te zien hoe groot die mond is gaan we ze te eten geven. En dan zullen we het zien! Nina, de nijlpaardenverzorgster, helpt ons met voeren. Geweldig! Tijd voor lekkere sla! Ze hebben het al gezien. Jammie jammie! Daar gaan we. Kom maar op! Daar is zijn mond! Groot he? Kijk, daar is een kleintje! Nina laat ons de sla zien die er weer uit gekomen is. Dat stinkt, zeg!
Ja. Dit doen ze de hele dag. Zebradrollen. Ze eten een hoop en ze poepen een hoop. We gaan iets proberen. Deze steen is ons nijlpaard. We kunnen hem goed zien, in het water. Maar nijlpaarden willen onder water helemaal niet gezien worden! Daarom maken ze het water vies. Met hun poep. Doe er maar wat bij. We maken zo een echt nijlpaardenzwembad. Oh, dat stinkt! Roeren maar. Dan doen we er nog wat poep bij. En het nijlpaard... is niet meer te zien. Het water wordt heel bruin, net als in het zwembad van Platsj. Hij is verdwenen. Soms komt een nijlpaard uit het water. Dan wordt hun huid heel droog.
Dat is gevaarlijk voor ze en het doet ook een beetje pijn.
Nu gaan we eens uitproberen hoeveel pijn dat doet. Eerst maken we nijlpaardenhuid. We smeren speciale klei op ons gezicht. Plakt goed, zeg! En dan laten we onze nijlpaardhuid drogen. Als een nijlpaard in de zon. Dat doet zeer! Je wilt er het liefst meteen weer water op doen!
En daarom blijft Platsj liever nat. Voelt een stuk beter, he?