Goedemorgen kinderen. Goedemorgen Wijze Varen. Wijze Varen, wat zijn dit voor dieren? Die heb ik nog nooit gezien. Jij wel, Anouschka? Nee. Weten jullie het wel? Eh... dino's. Heel goed. Dino's, of dinosaurussen. Dat waren hele grote dieren. Zei ik iets verkeerds? Waarom moet je zo lachen, Woezel? Wijze Varen, het zijn grote dieren, maar Ties, ze zijn niet groot. Het zijn ieniemienie dieren. Nou, vroeger waren ze wel heel groot. Vroeger waren ze zo groot als een gebouw. Heel goed, Ties. Ja, dit zijn ook maar speelgoeddino's. In het echt waren ze veel groter. Kijk. Deze op het bord was groter dan tante Perenboom. Weet iemand hoe die heet? Eh... Weet jij het, Ties? Een langnek. Langnek. Bijna goed. Het is een brachiosaurus. Brachiosaurus? Ja, dinosaurussen hebben vaak ingewikkelde namen. Weet jij ook een naam van een dino? Eh... Een T-rex? Heel goed. T-rex, dat is kort voor tyrannosaurus rex. Wat slim van jou. Maar Wijze Varen, wie verzint al die T-rexy, lexy namen? Nou, dat doen de mensen die ze gevonden hebben. Houden dino's van verstoppertje spelen. Net als jij, Pip. Oke, je mag me zoeken. Een, twee, drie...Woezel! Dino's leefden heel lang geleden. Ze zijn er nu niet meer. O, nee. Dat is jammer. Dan kunnen we geen vriendjes meer worden. Zou jij vriendjes willen worden met dino's? Liever niet, want ze zijn heel groot. En niet alleen dat, dino's lusten wel een lekker mensen hapje. Echt waar? Zou die ons opeten? Nu niet meer, Pip. Nu zijn er alleen nog maar botten over. En die worden soms gevonden in de grond. O leuk, lekker naar boten graven. Botten zoeken. En die slimme wetenschappers gaan dan puzzelen en zo ontdekken ze soms een dinosaurus. Puzzelen? Hoezo dan puzzelen? Met dinobotjes puzzelen, dat kan toch niet Nouschka? Zo werkt het wel. Hoezo dan? Door een dinoskelet na te bouwen, weten we hoe zo'n dino eruit heeft gezien. Wat is skelet? Dat zijn de botten van een dino. En heb jij ook een skelet? Wat ben jij slim. Nee, ik heb geen skelet in mijn huis. Ja, je ziet het niet, maar in ieder van ons zit een skelet. He? In mij ook? Ja, in jou zitten ook botjes. In jou ook? Voel maar eens, Ties, in je arm. Dat harde stukje is een stuk skelet. Een botje. Het is een botje. Al die botjes samen, is een skelet. O, maar dat lijkt me super gaaf, Wijze Varen, om samen te graven. We gaan een dinobot vinden. En als jij hem vindt, noemen we het een Woezelosaurus. Ja! En als jij het vindt, Pip, noemen we het een Piposaurus. Of een Nouschkasaurus.Of Ties... Ties...Tiessanosaurus rex. Tiessanosaurus. Hoe zouden deze heten, Nouschka? Wat denk je van deze? Die? Ja. Een groenosaurus. Een groenosaurus. Ties, als jouw mama die had gevonden, hoe zou die dan heten? Eh... Een mamasaurus. Een mamasaurus. Dat is een goede. Hoe zullen we de gele noemen? Nouschka? Of die oranje. Die? Ja, die. Een Wijze Varensaurus. Een Wijze Varensaurus.