Vroeger was voetbal echt een jongenssport. "Ze zweten, zwoegen en ploeteren door de modder voor de eer van hun school." Meisjes die voetbalden, dat konden mensen zich niet voorstellen. Het was lange tijd zelfs verboden. Meisjes zouden niet gebouwd zijn om te voetballen en de voetbalbond vond het geen gezicht als meiden zouden rennen, hijgen en zweten op het veld. In 1955 veranderde dat. De Dames Voetbal Bond is toen opgericht voor vrouwen die willen voetballen en inmiddels lopen op de meeste voetbalclubs ook flink wat meiden rond.
Vorig jaar voetbalden er zo'n miljoen jongens en mannen bij een club en 160.000 meisjes en vrouwen. Soms spelen jongens en meisjes samen in een team, soms los van elkaar. Maar een echt verschil, dat is er eigenlijk niet. De bal is hetzelfde en ook de spelregels zijn bij jongens en meisjes hetzelfde. Wel een groot verschil is er bij de profvoetballers. En dan natuurlijk niet in de spelregels, maar wel in de manier waarop ze worden betaald.
Topvoetballers als Ronaldo en Messi krijgen meer dan €100 miljoen per jaar, terwijl dat bij de bestbetaalde vrouwen een paar miljoen is. Veel minder dus. Maar dat begint een klein beetje te veranderen.
De voetbalvrouwen van Oranje krijgen voortaan van de voetbalbond KNVB net zo veel geld als de mannen. "Alles wat de KNVB onder controle heeft, wordt uiteindelijk nu hetzelfde betaald. Inderdaad, het maakt niet uit wie je bent, maar, ja, volgens mij is dat iets heel moois."
De voetbalsters zijn blij, ze vinden het een goede stap naar meer gelijkheid. Maar er blijft een groot verschil, want de KNVB gaat alleen over het geld dat de voetbalsters krijgen als ze spelen voor Oranje. Maar ze spelen natuurlijk ook voor hun eigen club en daar krijgen ze natuurlijk ook geld van. En van hun sponsor of meerdere sponsoren. Die betalen meestal meer aan mannen. Voorlopig blijft er dus ongelijkheid tussen voetballende mannen en vrouwen.