Daar zijn we weer.
Wat he...
Oh, d’r gaat hier even iets helemaal mis.
Loop je nog?
Ok, uh, wat hebben Karel
de Grote een duif en de dood
te maken met een mis?
Een mis kan je zien als
de dienstregeling van
een kerkdienst in een katholieke kerk.
Het woord komt van de tekst: ‘Ite, missa est’,
hetgeen betekent: ‘Gaat, dit is de wegzending’.
Met die oude woorden besluit de priester in
de rooms-katholieke liturgie de eredienst.
Tijdens de mis
-de eucharistieviering- herdenkt men de
kruisdood van
Jezus met een maaltijd van brood en wijn.
Wijn is rood. De hostie is een brood.
De mis heeft een vaste structuur van gezangen
en rituelen op een Latijnse tekst.
Het zogenaamde ordinarium.
Om mis-verstanden te voorkomen.
Het ordinarium bestaat uit de volgende vaste
gezangen: het Kyrie Heer, ontferm U, het Gloria,
eer aan God in de hoge, Credo, geloofsbelijdenis
het Sanctus, heilig, heilig, heilig met Benedictus.
‘Gezegend Hij die komt’
en het Agnus Dei, Lam Gods.
Al sinds de middeleeuwen schrijven componisten
muziek voor de mis.
De muzikale misontwikkeling had veel invloed op
de westerse muziekgeschiedenis.
Al in de zesde en zevende eeuw hadden
veel kloosters hun eigen zangboeken.
Karel de Grote wilde in niet mis
te verstane woorden duidelijk maken
dat de liturgie overal in zijn rijk
hetzelfde moest zijn.
Om dit te bereiken gebruikte hij een legende.
Er werden afbeeldingen verspreid
met daarop paus Gregorius, die door een duif,
het symbool van de Heilige Geest, een aantal
gezangen ingefluisterd krijgt.
Roekoe!
En voilà, de vaste liturgie was geboren.
Die Gregoriaanse liturgie werd genoteerd
in een bètaversie van ons huidige notenschrift:
De neumen.
In de elfde eeuw werd voor de mis in
de Notre Dame in Parijs
de eerste meerstemmige muziek
geschreven door Perótinus of Perotìnûs.
Geleidelijk ontstond de gewoonte om
Gregoriaanse melodieën als uitgangspunt te nemen
en daar andere stemmen aan toe te voegen.
De eerste complete missen werden in de veertiende
eeuw gecomponeerd door Guillaume de Machaut.
En in de vijftiende en zestiende eeuw
volgen Mis Masters Jacob Obrecht, Johannes
Ockeghem, Josquin
des Prez en Giovanni Pierluigi da Palestrina.
Al deze componisten hadden een
zeer belangrijke functie binnen de katholieke kerk
de vorstelijke beloning uit de collectezak die
deze heren ontvingen was bepaald niet mis.
De eerste missen waren louter bedoeld
voor kerkelijk gebruik, maar
de composities vonden langzaamaan ook
de weg naar de concertzaal.
Ze waren niet te missen:
Bachs Hohe Messe,
Mozarts Krönungsmesse, Beethovens Missa solemnis
en werken van Haydn, Schubert, Bruckner,
Gounod, Liszt, Rossini, Stravinsky en Berlioz.
De mooiste muziek is
misschien wel geschreven voor de dodenmis.
Het Requiem.
Het is nagedachtenismuziek
voor wie de doden mist.
Requiem æternam betekent: eeuwige rust.
Van het ordinarium.
De gewone gedeelten van de mis worden
het Gloria en het Credo niet gezongen
en de andere delen worden toegevoegd.
Het In Paradisum, mogen de engelen
u geleiden naar het paradijs
dat gezongen wordt bij het naar buiten dragen van
de kist en het Libera me,
Heer, bevrijd mij van de eeuwige dood.
Dat gezongen wordt vlak voor het zakken van
de kist.
Die worden ook vaak verklankt als deel van het
requiem, al horen ze er strikt genomen niet in.
Bij het Dies Irae gaan componisten vaak
helemaal los.
En dat is logisch ook, want het gaat over de dag
des oordeels.
Het overweldigende Dies Irae uit het Requiem
van Verdi, dat een mooi voorbeeld en nogal luid.
Het is niet geschikt voor de mis-ofone medemens.
Duizenden componisten hebben inmiddels een
requiem geschreven.
Wie als de dood is voor dit soort
muziek moet vooral niet naar Requiemsurvey.org,
want daar vind je een catalogus met ruim 5700
requiems van dik 3500 componisten.
Ja, das nie mis-selijk he.
Er zullen ongetwijfeld wat misbaksels
tussen zitten, maar de publiekslievelingen,
die noem
ik even: Requiems van Mozart, Fauré en Brahms.
En ik doe er ook even een persoonlijke geheimtip
bij: het Requiem van Duruflé.
Ik hoop dat ze dat in de hemel ook op
het repertoire hebben staan.
Hedendaagse parels om niet te missen zijn die van
Andrew Lloyd Webber, Karl Jenkins en Joey Roukens.
Je hoort het: de dodenmis is springlevend.