Landschildpadden zijn trage dieren. In Zuid Europa kom je ze nog wel eens in het wild tegen.
In geval van nood trekken ze hun kop en poten terug binnen het schild.
De eieren van schildpadden worden tijdens een paring bevrucht in het lichaam van het vrouwtje. Voordat een mannetje toestemming krijgt, moet hij veel moeite doen. Hij loopt om haar heen. Af en toe wordt het ruzie. De ruzie is al gauw voorbij. Ze lijken aan elkaar gewend te zijn.
Zo te zien zijn de twee het er over eens, dat ze wel willen paren. Ze draaien om elkaar heen. Even lijkt het mis te gaan. Het vrouwtje loopt weg. Het mannetje geeft het niet op Hij probeert op het vrouwtje te klimmen. Het valt niet mee om houvast te krijgen. Al lopend wordt er gepaard.
Een tijdje later graaft het vrouwtje een kuiltje en legt daar haar eieren in. Daarna maakt ze de kuil goed dicht, zodat de eieren niet gevonden kunnen worden door eirovers. Een moeder laat het uitbroeden over aan de zon. Het uitkomen gaat niet zo gemakkelijk. Het kleintje moet zich flink inspannen. Af en toe rust het even en gaapt dan flink.
Dit kleintje heeft het kogelronde, witte ei helemaal gesloopt. Er zit alleen nog een stuk eischaal op zijn rug. Het is duidelijk moe van de inspanning. Het schildpadje is zijn eischaal kwijt en klautert uit de nestkuil. Op eigen houtje gaat het op zoek naar eten.