Katja Philipart is marien bioloog. Katja doet onderzoek naar de hoeveelheid en samenstelling van plankton in zeeën en oceanen.
Wat we hebben gedaan is troebelheid gemeten, maar je kunt het niet direct, dan zou je eigenlijk een lichtmeter onder water houden, dat kan niet op een schip wat zo hard vaart als de Stad Amsterdam, dus ook uit het emmertje water hebben we weer over een filter gegoten en we kijken dan hoeveel “gesuspendeerd materiaal” heet het dan op dat filter is blijven hangen. Dus we hebben het filter van tevoren gewogen en je weegt het achteraf en het verschil in het gewicht is dan de hoeveelheid zee materiaal, en daarmee kun je dan afleiden hoe troebel het water was, dus hoeveel licht er in feite beschikbaar was voor het fytoplankton.
Met deze gegevens zie je dus maar een stukje en andere mensen hebben op al die andere plekken langs de hele route zijn die emmertjes genomen. Die gaan we uiteindelijk netjes vergelijken met die kleuren van het satellietbeeld om het satellietbeeld in feite ook een stuk nauwkeuriger te maken. Dus we gaan die relatie leggen tussen “wat hebben we nu daadwerkelijk gemeten?” en “wat geeft het satellietbeeld weer?” en uiteindelijk krijg je dan een nieuw satellietbeeld wat beter is dan hetgeen wat je had omdat je de actuele gegevens daarvoor in kunt zetten.
Je ziet hier verschillende kleuren in de zee en dat geeft weer of er veel of weinig fytoplankton is. Rood is heel veel en blauw en op sommige plekken paars, dat zie je hier niet, dat is heel weinig. En de emmertjes geven aan alle dagen waarop we gemonsterd hebben. En hier zijn we uiteindelijk, hier zie je een rood deel, gingen we uiteindelijk door een plek heen waar we heel veel plankton verwachtten op basis van het satellietbeeld.
Dat was ook zo, er zat heel veel plankton, alleen als je wat beter keek, dan zag je, dat het in feite hele grote algen waren die daar zaten. En hele grote algen zijn oneetbaar voor heel veel organismen die hoger in het voedselweb zitten. Dus het was achteraf ook niet verbazingwekkend dat ondanks het feit dat hier in potentie veel voedsel zou kunnen zijn, dat er toch ook heel weinig vogels zaten. Wij zagen gewoon geen vogels toen we daar dit gebied passeerden.