Moet je kijken. Net echt: een zeventiende-eeuw kabinet gevuld met miniaturen. Dit pronk-poppenhuis was van Petronella Oortman, een welvarende dame, getrouwd met een rijke koopman uit Amsterdam. Zij liet vakkundige ambachtslieden wel meer dan 20 jaar lang haar huis nabouwen in het klein.
De rijke mensen in de Gouden Eeuw waren gek op mooie en exclusieve spullen. Door de handel en de toenemende welvaart konden zij zich omringen met dit soort spullen. Ingelegde tafels met parelmoer, mooie kasten, zilverwerk, schilderijen, echt porselein uit China, hemelbedden van satijn en zijde, lakkasten uit Japan; de huizen van de rijken stonden er vol mee. Hier in dit kabinet tref je alle duren spullen van Petronella aan want dit is een exacte kopie van haar huis in het echt. En het is zo goed bewaard gebleven dat we vandaag de dag goed kunnen zien hoe een duur pand in Amsterdam eruitzag volgens de laatste woontrends uit de zeventiende eeuw.
Laten we eens van dichtbij kijken hoe het interieur van dit poppenhuis eruit ziet. In de keuken, achterin, zien we een kast gevuld met echt porselein uit China. En de vloer in de keuken, gemaakt van echt marmer uit Italië. Voor de rest echt houtsnijwerk, dat zien we terug in de meubelen. We zien de woonkamer van top tot teen beschilderd. Met allemaal stoelen precies nagemaakt in het klein tegen de wand aan. Trouwens, alle kamers hebben prachtige plafondschilderingen. Hier in de kinderkamer, een hemelbed gemaakt van zijde en satijn. Kleine schilderijtjes, een kast met kastel. In de ouderslaapkamer zien we een kamerscherm met daarachter een bedstee. Een open deur met kast waar het bedlinnen in staat. Je kan het zo gek niet bedenken of het staat hier in het klein in dit poppenhuis.
En hier op tafel in het klein: theekopjes van porselein en een theepot van echt zilver. Hier in het Rijksmuseum bij de speciale collecties zie je ontzettend veel miniaturen. Vooral dat zilverwerk is echt mooi. In de Gouden Eeuw was het een ware rage voor de rijken om deze dingen te verzamelen. En dat verzamelen van kleine miniatuurtjes vinden we nog steeds leuk. Alleen is dit niet echt van zilver. Denk maar aan al die spaaracties van benzinestations, supermarkten, fastfoodrestaurants. Waarom zou je dit laten maken in de Gouden Eeuw? Je huis laten namaken in het klein was een rijkedameshobby in de zeventiende eeuw. Als je genoeg geld had kon je alles in je huis in miniatuur laten namaken. En op die manier kon je showen hoe rijk je was en je goede smaak. En dat is niet typisch zeventiende-eeuws want met je huis kan je laten zien wie je bent. Pronken. Daar gaat het om bij dit poppenhuis. En om je een idee te geven: dit grote poppenhuis kost wel 25.000 gulden. Dat was bijna evenveel als een echt grachtenpand in de Gouden Eeuw. Dit poppenhuis was een van de mooiste en beroemdste poppenhuizen van Europa. En als je echt belangrijk was mocht je het met eigen ogen bewonderen. Dit poppenhuis was dus niet om mee te spelen, je mocht er alleen maar naar kijken.