Wat ik nu ga proberen uit te leggen is niet makkelijk, maar wel heel interessant. Want het gaat over het leven zelf. Niet over het leven hier, maar over het leven daar, in Mexico en Guatemala. Dat is totaal anders dan bij ons. Ja, en niet omdat het er warmer is of omdat de mensen er armer zijn, het leven is er totaal anders omdat de mensen anders met de werkelijkheid omgaan. Neem nu zaaien: toch iets heel gewoons. Men doet het overal ter wereld en al duizenden jaren lang. Mijn stelling nou is, dat dit soort alledaagse zaken de grote verschillen tussen culturen juist heel goed kan laten zien.
Ik zal het je uitleggen. Kijk: vandaag beginnen de voorbereidingen van het zaaien. Dat wil in Mexico zeggen, dat de mannen vandaag de natuur te eten gaan geven. Wat? Ja, ze gaan de natuur te eten geven! En daarvoor komen ze ’s morgens samen bij één van de zaaiers.
Alles wat ze de natuur gaan geven wordt uitgepakt en uitgestald voor het Huisaltaar. Kaarsen, suiker, wierook, cacaobonen, chocola, sigaren, sterke drank: allemaal eten voor de natuur. En als de mannen alles hebben uitgestald gaan ze naar de keuken en halen ze daar kippenbouillon, bloed en bonenpasta. En dan, ja, dan krijgen de cadeaus aan de natuur, die kaarsen en sigaren, eerste zelf te eten. Ja, de mannen smeren alles wat ze straks aan de natuur zullen offeren in met bouillon en bloed. Een kwestie van niets en niemand tekort willen doen.
Tja, dat doen de boeren bij ons niet hè? Over verschillen gesproken. Ja, bemesten ja, maar te eten geven aan de natuur: dat doen we niet in Nederland. Dat heeft te maken met dat de Maya-boeren anders denken. Ze geloven, dat ze pas kunnen oogsten, dus als ze kunnen nemen van de aarde, als ze eerst iets gegeven hebben. Want de aarde geeft heel veel. Eigenlijk alles. En daardoor staat de mens voortdurend bij de aarde in het krijt. Om te mogen nemen van de aarde, moeten ze ook regelmatig geven.
Dat geven gebeurt eerst onder de grond in een grot. Het is het binnenste van de natuur. Bij het wezen van Moeder Aarde. Ze zijn hier ook het dichtst bij hun voorouders die na hun dood naar de Onderwereld zijn gegaan.
Okay, het is klaar, de mannen hebben gegeven!
En nu nog een keer geven, maar nu samen met vrouw en kinderen, samen geven aan de natuur om straks terug te krijgen bij het oogsten. En dat principe geldt niet alleen voor de landbouw, maar eigenlijk voor alles. Neem nou je eigen persoonlijkheid als mens. Ook die is niet vanzelfsprekend. Een gezond en vruchtbaar leven is het resultaat van een evenwichtige relatie met degenen waarvan je je leven gekregen hebt: je ouders en je voorouders. Daarom blijf je heel je leven in gesprek met hen en geeft hen, en bedankt hen. Een goede relatie met alles waar je je leven aan te danken hebt, dat is waar het om gaat.