De zon gaat al miljarden jaren mee. Laten we teruggaan naar de tijd dat-ie er nog niet was.
De zon werd zo’n 4,5 miljard jaar geleden geboren uit een grote wolk van gas en stof. Die wolk viel in elkaar door de zwaartekracht. Hij werd steeds kleiner en dichter. De druk binnenin liep zo hoog op… en het werd er zo verschrikkelijk warm... dat er een scheikundig proces op gang kwam. De zon ging branden!
De zon is een gasbol. En niet zoals de aarde een vaste bol van ijzer en steen. In het binnenste van de zon gebeurt iets heel bijzonders. Diep in de kern botsen deeltjes tegen elkaar. Door de hoge druk wordt waterstof omgezet in helium. Kernfusie!
Bij kernfusie komt extreem veel energie vrij. De zon produceert elke seconde net zoveel energie als een miljard atoombommen. Een miljard!
De zon blaast zijn energie alle kanten op de ruimte in. Ook naar onze aarde. Vooral in de zomer kunnen we dat goed voelen. Mensen kunnen niet dicht bij de zon in de buurt komen. We zouden de extreme hitte en gevaarlijke straling niet overleven. Toch weten we al best veel over de zon. Dankzij ruimtetelescopen.
In 2010 lanceerde NASA de SDO, de Solar Dynamics Observatory. Deze ruimtetelescoop onderzoekt wat de invloed van de zon is op onze aarde.
Dat leverde al veel spectaculaire beelden op.
Binnenin de zon gaat het er ruig aan toe. Het is er zo’n vijftien miljoen graden. Naar buiten toe wordt het steeds kouder. Nou ja, kouder. Aan het oppervlak is het nog altijd zo’n 5.500 graden! Sommige plekken op het oppervlak zijn net iets koeler. Vierduizend graden. Dat levert mooie zonnevlekken op. De vlekken worden veroorzaakt door het magnetisch veld van de zon. Ze werden voor het eerst ontdekt door de sterrenkundige Galileo Galileï. Hoe het precies werkt, weten we nog niet… Maar de activiteit van de zon varieert. Om de elf jaar is er een zonne-maximum. Dan slingert de zon vlammen met heel veel energie de ruimte in.
Zo nu en dan zijn er enorme zonuitbarstingen. Dat kan gevaarlijk voor de aarde zijn. In een zonnevlam zit zoveel energie dat satellieten en radio-apparatuur op aarde ervan kapot kunnen gaan.
Maar de uitbarstingen hebben ook een mooie kant. Die kan je op aarde goed zien en vanuit de ruimte nog veel beter.
In 2012 woonde ik in het internationale ruimtestation ISS. Vanuit de uitkijkkoepel Cupola zag ik heel goed het effect van de zon op onze aarde.
Bij de noordpool en zuidpool buigen deeltjes van de zon af. Dat komt door het magnetisch veld van de aarde. Als de deeltjes vervolgens de dampkring raken, geeft dat een heel mooi effect. Een groene gloed die danst door de lucht... Het poollicht.