Hadden wij de vorige nacht haast niet kunnen slapen van verlangen, nu werd dit verlangen nog sterker. Wij hadden dien dag verscheidene Javanen gezien.. welke met schuitjes bij ons aan boord kwamen. De eerste was een man met een jongetje welke met een schuitje met pisang aan boord kwamen. We wisten eerst niet of het een man of een vrouw was, die wij zagen, omdat hij lang haar droeg, dat hadden wij nog nooit bij een man gezien. De pisangs welke vader van hem kocht smaakte ons nog niet erg, doch vader zeide dat dit in ‘t vervolg wel beter worden zoude. Het was een nieuw en schoon gezicht voor ons toen wij op het dek kwamen, dat hooge land achter ons, en die menigvuldige eilandjes voor ons, daarbij die vele vaartuigjes met kleine voor ons vreemde zeilen. Dit was eene aangename verandering na zo lang niet dan lucht en water gezien te hebben.