We kunnen niet zonder onze eigen ster. De zon verwarmt onze atmosfeer en zorgt voor licht op onze planeet. De zon is erg belangrijk voor onze planeet. Zonder de zon zou er geen leven op aarde mogelijk zijn.
De aarde draait net als de andere planeten in het zonnestelsel rondjes om de zon. Maar er draait nog veel meer rond de zon, zoals manen, kometen, ruimtepuin en ijs. Samen vormt dit het zonnestelsel.
De zon zelf is een enorme bol van heel heet gas. De zon is ontzettend groot, wel honderd keer zo groot als de aarde en ze is wel meer dan 300.000 keer zo zwaar als de aarde. Als we haar zien aan de hemel lijkt ze een klein stralend bolletje, maar dat komt omdat de zon zo ver weg staat. De zon staat 150 miljoen kilometer van ons vandaan.
De warmte en het licht van de zon ontstaan in de zonnekern. Daar botsen chemische stoffen met elkaar. Door die botsingen ontstaan er dan weer nieuwe chemische stoffen, warmte en licht. Het wordt allemaal weggeschoten door de zon naar buiten, de ruimte in. En dus ook richting de aarde. Maar warmte en licht is niet het enige dat de zon ons geeft. Ze schijnt ook een ultraviolette straling op aarde. Dat kan heel schadelijk zijn. Het kan er voor zorgen dat we verbranden of zelfs ziek worden. Voor een groot deel beschermt de atmosfeer ons tegen UV-straling, maar niet altijd genoeg. Daarom moet je je goed insmeren als je gaat liggen bakken in de zon.