“Zo, we staan hier bij de tijger. We zien een enorme kat liggen; het is de grootste kat die er is, een hele grote vleeseter en enorm sterk. Nou hebben jullie misschien wel eens gezien dat een tijger hele grote tanden heeft, met scherpe hoektanden, net zoals een vampier, inderdaad. Die tanden die steekt hij in z’n prooi en daarmee bijt hij ‘m dood. En dat is best wel gevaarlijk aan zo’n tijger, want door die heel goeie schutkleur die hij daar heeft met die strepen, is hij ook bijna niet te zien. Ook al kan die tijger zo heel voorzichtig sluipen, en heel stiekem doen, toch mislukt het heel vaak om de prooi te pakken te krijgen: het lukt ‘m slechts één van de twintig keer om iets te vangen.”