Oppasser: “Dit is de voerauto van de leeuwen in het safaripark. Daar zit een verzorger in en die gaat het vlees voeren. De leeuwen die weten dat heel goed.”
Jongetje: “ja hij gooit ’t vlees uit het raam.”
Oppasser: “Dat is eigenlijk een soort jacht, zo kun je ’t bekijken. We zien hier die leeuwen dat stuk vlees naar binnen werken, hij houdt ’t goed vast met z’n voorpoten. En dan zie je dat-ie met z’n kaken, met z’n kiezen, echt aan het knippen is om die stukjes vlees eraf te krijgen.”
Jongetje: “hij heeft z’n nagel aan dat vlees zitten.”
Voice-over: “De leeuwen in het safaripark hebben hun vlees bijna op, maar deze leeuwin zoekt nog een hapje.”
Oppasser: ”Nou we zien hier dat het mannetje echt de baas is, hij is groter en sterker dan het vrouwtje en laat even duidelijk weten – dit is MIJN stukje vlees! Zie je die manen op z’n kop? Nou die manen zorgen ervoor dat hij heel gevaarlijk eruit ziet. Mocht hij een keer ruzie hebben met een ander mannetje bijvoorbeeld en hij krijgt een klap tegen z’n kop van die andere leeuw dan vangen die manen de klap op. Het is een soort bokshelm zou je kunnen zeggen.”