Wie is er sneller, jij of ik,
vroeg de schildpad aan de haas.
De haas begon te lachen.
Dan ben ik jou de baas!
De schildpad telde: een, twee, drie!
En de haas ging er vandoor.
De schildpad liep heel langzaam,
de haas lag meters voor.
Maar haas werd moe en kreeg het warm
van dat rennen in de zon.
Hij wilde even rusten,
omdat hij tóch wel won.
Terwijl de haas daar lag en sliep,
in het midden van de wei,
sloop schildpad op zijn tenen
de snelle haas voorbij.
De haas werd wakker, maar te laat,
want de schildpad bleef niet staan.
En schildpad won de wedstrijd,
hij kwam als eerste aan.
Het is toch echt je eigen schuld!
riep de schildpad achterom.
Jij bent misschien wel sneller,
maar ook een beetje dom.