Een jonge schilder uit Leiden. Inwonend bij kunsthandelaar Hendrick Uilenburg. Veelbelovend talent, volgens kenners, die Rembrandt van Rijn, want zo heette hij. Heel veel bekende Amsterdammers uit die tijd waren migranten. Dat geldt dus voor schilders als Rembrandt en Govert Flinck. Dat waren ook mensen die natuurlijk van buiten de stad kwamen. Omdat daar zo'n enorme economische groei was, was er ook een enorme markt voor kunst. Dus die hadden allerlei kansen die je elders misschien niet kregen. Nicolaas Tulp is een vooraanstaand arts. Hij geeft les aan het Amsterdamse chirurgijnsgilde en wil een staatsieportret van hemzelf met het gilde bestellen. De Amsterdamse elite laat zich graag portretteren. Succesvolle burgers werken hard en verdienen veel geld en willen dat graag laten zien. En daar hebben ze best wat voor over. Wat een Rembrandt in die periode precies kost, weten we niet, maar experts gaan ervan uit dat iedere persoon die op het doek staat afgebeeld zo'n ƒ100 bijdraagt. Omgerekend levert de opdracht van het chirurgijnsgilde zo'n 11,500 euro op. Niet slecht voor een beginnend kunstenaar van 25 jaar. De Anatomische les zal één van Rembrandts beroemdste werken worden. Het geeft niet alleen een beeld van de Amsterdamse elite waar Nicolaas Tulp toe behoorde, maar het laat ook de ontwikkeling van de wetenschap in de zeventiende eeuw zien. Mede mogelijk gemaakt door de komst van tal van wetenschappers naar Amsterdam.