Dit is Merel. Merel vraagt zich af: van een omgezaagde boom kun je jaarringen tellen, maar hoe weet je nou van een levende boom hoe oud hij is? Dat zou ik ook wel eens willen weten.
Hallo, ik ben Marieke en ik ben boswachter.
En ben je eigenlijk goed in het schatten van leeftijden?
Heel goed, vooral bij bomen.
Wat is de gemiddelde leeftijd hier in het bos dan?
We zijn hier op een landgoed en daar staan een heleboel hele oude bomen, die wel zo’n honderdvijftig jaar oud zijn of zelfs nog een beetje ouder.
Oh ja?
Maar in de meeste bossen vindt je bomen van rond de vijftig jaar oud.
Zo hé, dat is oud!
Nou daar gaan we. Een, twee, drie, vier, drieëndertig, vierendertig, vijfendertig, eenenveertig, tweeënveertig, drieënveertig, zessenzestig, zevenenzestig.. Dus ergens tussen de zeventig en de honderd jaar is die.
Ja, maar dat telt niet, die boom is harstikke dood.
Maar je kunt ook aan de buitenkant van de boom al zien hoe oud hij is. Want hoe ouder een boom hoe dikker. Je moet wel goed weten met welke boomsoort je te maken hebt, hoe is het weer, zit er veel voedsel in de grond? Dat telt allemaal mee.
Ohhhhhh……!? Zit dat zo?
Twee meter dik, vijfentwintig centimeter, tachtig centimeter. Dan zou hij wel eens honderd jaar kunnen zijn. Ongeveer twaalf jaar oud. Ik denk dat deze ongeveer dertig jaar oud is. Dus een jonge boom is nog lekker glad en strak.
Net als bij mensen.
Een oude boom heeft veel meer knoesten, bulten en scheuren. Als we net geboren worden hebben we natuurlijk een heel glad huidje. Ja en hoe ouder je wordt hoe minder glad dat eruit gaat zien.
Hoe oud ben jij eigenlijk?
Raad je nooit!
Drieëndertig?
Net achtendertig geworden.
Nou, dat valt dus wel mee met die barsten en scheuren.