In de zomervakantie gaan veel mensen op vakantie. Een kwart viert het in eigen land, maar de meeste mensen gaan toch de grens over voor een paar weken vakantie in het buitenland. Onze favoriete landen zijn Duitsland, Frankrijk en Spanje en vaak nemen we dan de tent of caravan mee om te kamperen. Maar wat vinden deze landen eigenlijk van de Nederlandse kampeerders? En zijn er verschillen tussen de Nederlanders, Duitsers, Spanjaarden en Fransen?
In Duitsland vinden ze al die Nederlandse toeristen eigenlijk wel leuk. Ze vinden ons los en we zeggen wat we denken. Al is er wel iets wat ze niet helemaal begrijpen. "Wat ze wel een beetje raar vinden, is dat we zo vaak met de caravan op vakantie gaan. Want waarom zou je nou een heel rijdend mobiel huis mee op vakantie nemen?"
En die caravan zie je, net als veel tenten, natuurlijk ook in Frankrijk. Daar kijken ze niet raar op van al die 'Ollanders'. "Over het algemeen gaat het heel goed hoor met de Fransen en de Nederlanders. Alleen één ding is wel een probleem: de taal. De Fransen zeggen dat de Nederlanders over het algemeen niet goed genoeg Frans spreken. En de Nederlanders zeggen dat de Fransen op hun beurt niet goed genoeg Engels spreken. En dat leidt wel eens tot spraakverwarring."
Door naar Spanje. Zon, zee en strand. Daar draait het vooral om in Spanje. Ze vinden daar al die Nederlanders leuk, maar af en toe wel een tikkie raar. "Twee dingen over de Nederlanders: Ze eten al om zes uur 's avonds en dan willen ze ook nog een glaasje melk."
Tja, en dan het ontbijt. Wat doe je op je brood als de meegebrachte hagelslag op is? "Bij het ontbijt eten Duitsers eigenlijk bijna hetzelfde als Nederlanders. Broodje met worst of kaas. Maar hagelslag, dat kennen ze niet. Dus als je vriendjes wil maken hier in Duitsland, moet je dat meenemen op vakantie."
En in Frankrijk ontbijten ze natuurlijk met... stokbrood! "Het traditionele ontbijt in Frankrijk. En misschien als je heel veel geluk hebt, krijg je wel zo eentje. Een chocolade broodje. Een pain au chocolat."
En ook geen boterham met pindakaas in Spanje. "Ja, Spaanse kinderen die eten natuurlijk geen pindakaas of hagelslag. Ze eten in de ochtend Magdalena's: kleine cakejes. En die mogen ze dan dopen in de cola cao, gewoon chocolademelk."
En tot slot de belangrijkste vraag van de camping in al die landen: wat is het wifi-wachtwoord? "Als je in Duitsland wil vragen van het wifi-wachtwoord is dan vraag je: Was ist das WLAN-Passwort?" En in het Spaans is dat: "¿Cuál es aqui la contraseña de wifi?" En voor alle kinderen die naar Frankrijk gaan: "Als je het nou heel netjes wil vragen, dan zeg je: Excusez moi, est-ce que je peux avoir le code Wifi si'l vous plait." Nog een keer: "Excusez moi, est-ce que je peux avoir le code Wifi si'l vous plait."