Als je door Drenthe rijdt, kom je op veel plekken hunebedden tegen. Hunebed komt van het woord Chuin. Chuin betekent in oude taal Creus. De hunebedden waren de bedden of graven van reuzen dacht men vroeger, want wie anders kon zo'n bouwwerk maken? Zo'n 5000 jaar geleden woonden in ons land boeren in groepen bij elkaar.
In Drenthe woonde ook zo'n boerenvolk, ze woonden in huizen van hout. Ze hielden koeien, schapen, geiten en varkens. Ook verbouwden ze graan. Na het oogsten maakten ze daar pap van. Die pap kookten ze in potten van aardewerk. Die potten leken op trechters, vandaar, dat we deze mensen het Trechterbekervolk noemen. Dit volk bouwde ook de hunebedden, want veel van hun aardewerk is daarin teruggevonden. Daarom noemen we het Trechterbekervolk ook wel Hunebedbouwers.
De hunebedden bouwden ze waarschijnlijk om de belangrijkste mensen van het dorp in te begraven. De doden kregen sieraden, een pot met voedsel en wapens mee. De Hunebedbouwers geloofden, dat de doden nog een hele reis naar een volgend leven moesten maken. De hunebedden zijn nog ouder dan piramides in Egypte. Het zijn de oudste bouwwerken die in Nederland bewaard zijn gebleven. Je kan er nu nog meer dan 50 vinden. De meeste in Drenthe.
Er zijn er veel meer geweest, misschien wel 100, maar in de loop van de tijd zijn ze afgebroken en gebruikt om kerken en boerderijen mee te bouwen. In de 18de eeuw zijn er veel stenen gebruikt bij de bouw van dijken. Veel hunebedden zijn dus helemaal verdwenen en geen enkel hunebed is meer compleet. Het grootste hunebed van Nederland ligt hier, in Borger. De zwaarste steen weegt 23.000 kilo. probeer die maar eens op te tillen! Dat is pas reuzenwerk!