Zodra je bent opgestaan, wordt er een stortvloed aan informatie op je afgevuurd. Jouw hersenen gebruiken daarom drie slimme trucjes om al die informatie toch snel te verwerken. Één. Je hersenen filteren de voor jou belangrijke informatie eruit. Twee. Daarna focussen je hersenen zich op één ding. Drie. Wat jouw hersenen nog niet zeker weten, vullen ze zelf in. Iedereen filtert altijd informatie. Jij bent op een bepaalde manier opgegroeid. Je leeft in een cultuur met gewoontes, hebt een bepaalde smaak en verschillende interesses. Wat je wel of niet ziet, hangt ervan af wie jij bent als persoon. Je ziet daarom de dingen niet altijd hoe ze echt zijn, maar hoe ze passen in jouw wereld. Kijk, jij gaat met jouw mening op zak op zoek naar nog meer informatie. Bijvoorbeeld in je browser of in je favo app. Algoritmes filteren zonder dat je het doorhebt alle andere informatie weg die niet met jouw eerdere zoek-, klik- en like-gedrag matcht. Je ziet dus alleen waarvan het algoritme vindt dat het bij jou past. Zo zie je vaak maar één kant van een verhaal in jouw filterbubbel. Je krijgt daardoor alleen nog informatie te zien die jouw blik op de wereld en manier van denken bevestigt. Wanneer het algoritme jou steeds berichten blijft aanbieden, dan is het mogelijk dat de berichten hierover steeds extremer worden. Die extreme berichten kunnen ook invloed hebben over hoe jij je mening vormt in jouw filterbubbel. Iemand anders zoals je sportbuddy, kan een hele andere filterbubbel hebben. Door deze bubbel heeft zij een andere mening dan jij. Hoe extremer de meningen, hoe groter de botsing. Dit noemen we wij-zij-denken. Deze manier van denken zorgt voor veel onrust tussen mensen en groepen. Het is dus beter om een genuanceerde mening te vormen waarbij je je verplaatst in de ander en het verhaal van meerdere kanten kunt bekijken. Probeer je bubbel dus ook eens lek te prikken, zodat jij niet degene bent die de botsing veroorzaakt.