Er zijn niet heel veel gesteenten die we lekker vinden om te eten, maar zout is er één. Er is tafelzout, kristalzout, steenzout, zeezout maar ook roze Himalayazout, zongedroogd Keltisch zout en Hawaiaans zout met actieve kool. Vol met mineralen elementen, goed voor lijf en leden. Maar wat is nou het verschil tussen al die soorten zout? Natriumchloride, beter bekend als zout, kun je op twee manieren winnen. Door zeewater te laten verdampen, of door het ergens diep uit de grond te halen, waar het ooit heel lang geleden is verdampt. Al het zout is dus in wezen zeezout, van een paar jaar oud of van 260 miljoen jaar oud. Zout is voor het grootste gedeelte natriumchloride. Maar voor een klein deel kunnen e rook andere mineralen in zitten. En daarin zit het verschil tussen al die kleuren zout. Himalayazout is roze omdat er ijzeroxide in zit. Wij, gewone stervelingen, kennen ijzeroxide trouwens onder een andere naam: roest. En zo is Keltisch zeezout eigenlijk niks meer dan zout met een beetje modder, en is Hawaiaans zout zwart omdat er in de fabriek een beetje houtskool aan is toegevoegd. En zo zijn er nog tientallen mineralen en sporenelementen die zout volgens sommigen een stuk gezonder maken. Maar of dat ook echt zo is? Om aan je benodigde inname van mineralen te komen met dit zout, zou je er zoveel van moeten eten, dat je binnen de kortste keren het loodje legt. En dat is niet heel gezond.