Wil je stage lopen in de zorg, als vrijwilliger aan de slag op je voetbalclub of rijden als taxichauffeur, dan heb je hem nodig: de verklaring omtrent het gedrag. Met dat papiertje kan je bewijzen dat je geen opmerkelijke strafbare feiten hebt gepleegd. Of je die VOG ook echt krijgt, hangt er vanaf of je ooit met de politie in aanraking bent geweest. Stel, Petra is ooit opgepakt voor rijden onder invloed. Het wordt misschien lastig voor haar om als taxichauffeur aan de slag te gaan. Maar ze kan nog wel prima werken in een magazijn. Maar voor dat laatste is het weer niet zo handig als ze ooit betrapt is op winkeldiefstal. Maar zelfs dan kan Petra nog een VOG krijgen. Justitie houdt rekening met wat Petra precies heeft gedaan, hoe vaak ze in aanraking is gekomen met de politie, hoe oud Petra was op dat moment en hoe lang geleden het allemaal plaatsvond.
Als haar aanvraag toch wordt afgewezen, kan Petra altijd nog een brief schrijven waarin ze vertelt waarom ze nu wel een VOG moet krijgen. Bijvoorbeeld omdat ze nu bezig is met een studie of al ergens anders heeft gewerkt. Ze kan dan bijvoorbeeld haar leraar of werkgever vragen een goed woordje voor haar te doen. Volgens Justitie worden er uiteindelijk maar heel weinig VOGs geweigerd. Goed om te weten is dat de meeste strafbare feiten na je veroordeling vier jaar gelden. Daarna kan je dus gewoon weer een VOG krijgen. Als je onder de 23 jaar zelfs al na twee jaar. Alleen een zedendelict of een zwaar geweldsmisdrijf, waarbij je meer dan zes jaar gevangenisstraf krijgt, blijven langer staan. Als je die delicten op je naam hebt staan, kan je dus voor bepaalde banen lange tijd heel moeilijk een VOG krijgen.