Dit zijn Dante. Hoi. En Luca. Hoi. Ze zijn elf jaar en hebben een online winkel met Amerikaans snoep. En ze zijn niet de enige. Kinderen met een eigen bedrijfje. Jeroen van tien verkoopt bloemen aan de deur. Die kosten 12,50. En Jacolien is twaalf en verkoopt pokebowls. Ik wil een groot huis, met een zwembad en een Lamborghini. Ja Jacqueline, dat willen we allemaal wel. Daarom zouden veel kinderen nu al willen werken. Maar tot en met je twaalfde is het echt verboden om een baantje te hebben. Waarom eigenlijk? Daarvoor gaan we 150 jaar terug in de tijd naar het jaar 1871. Er waren in die tijd grote fabrieken waar kinderen hard moesten werken soms zelfs de hele dag. En daar werden kinderen ziek van. Politicus Samuel van Houten bedacht een wet. Kinderen tot en met de twaalf jaar mogen niet werken. Met deze wet wilde hij ze beschermen. En die wet bestaat nog steeds. Er zijn een paar uitzonderingen. Je mag bijvoorbeeld als kind meedoen aan een reclame, een film of spelen in een musical. Maar dat mag niet vaker dan 24 keer per jaar. Als je dertien of veertien jaar bent dan mag je een paar uur per week licht werk doen. Niet in een fabriek of met zware machines, maar bijvoorbeeld wel fruit plukken, vakkenvullen of helpen in een pretpark. Ouders graag op de rode stoelen en kinderen op de bankjes. Maar je eigen bedrijf beginnen, zoals Luca, Dante of Jacolien, dat mag altijd. Maar alleen als je ouders daarvoor toestemming geven.