De mijnbouw, dat is iets van vroeger. 'Voor de laatste maal zijn de kompels over de vijf verdiepingen uitgezwermd.'
Of van landen ver weg. Althans, dat zou je misschien denken. Als het aan Brussel ligt, krijgt Europa weer een bloeiende mijnindustrie. Want, cruciaal voor de groene toekomst, zijn batterijen. En cruciaal voor batterijen is het metaal lithium. En dat haal je uit de grond. Maar vooral andere landen doen dat. En vooral China maakt die cruciale batterijen. Europa probeert nu het delven, de productie en de recycling weer zelf in handen te krijgen. Maar dat komt allemaal moeizaam op gang.
Als Europa niet afhankelijk wil blijven van China, is een inhaalslag onvermijdelijk.
Als we lithium vinden, dan gaat het om bepaalde mineralen. Dat is lithiumhoudend materiaal met een paarse kleur. Het lijkt erg hierop. Dat zijn zogeheten glimmers. Die schitteren heel erg.
Van dat lithium zit er voorlopig meer dan genoeg in de aarde, zoals hier in Spanje. Maar het moet natuurlijk wel gewonnen en verwerkt worden. Lang dacht Europa: laat andere landen dat maar doen.
Australië delft het meeste lithium. Daarna Chili en dan pas China. Maar China domineert de rest van de keten. Het land verwerkt en raffineert 60 procent van al het lithium en maakt meer dan driekwart van de batterijen voor elektrische voertuigen.
Nu beseft Europa: misschien is die dominantie van China toch niet zo handig. Je kan het vergelijken met zoals het nu met Russisch gas gaat. Daardoor snapt iedereen opeens: In die andere toevoerketens zitten dezelfde risico's. Die kunnen ook op dezelfde manier fout gaan.
Er is een structurele verslechtering in de relatie met China zoals we die ook in de relatie met Rusland zagen. En dus:
'We zullen strategische projecten vaststellen, overal in de keten. Van delven tot raffineren, van verwerken tot recyclen. We moeten ons ervan verzekeren dat de toekomst van de industrie in Europa ligt.'
Maar was dat niet een beetje wensdenken van Von der Leyen?
Terug in Spanje. Hier, onder een oude tinmijn bij de stad Cáceres ligt een flinke voorraad lithium.
Dit is een bijzondere plek, want hier ligt de op één na grootste voorraad van Europa. En daarom ontwikkelen wij hier ons project. Wij halen het lithium van 40 meter diepte onder de grond waar we nu op staan. Een mijn met het witte goud.
Dit zijn alle lithiumvoorraden in Europa. Er zit zeker voor de komende decennia meer dan genoeg in de grond. In allerlei landen zijn nu ook plannen voor mijnen. Mijnbedrijven staan te springen. Maar burgers lang niet altijd. Zoals in Cáceres.
We weten wel hoe dat gaat. Het brengt geen welvaart of werk. Ze komen, vernietigen, halen de mijn leeg en trekken verder. Ik maak me vooral zorgen om mijn gezondheid. Want pal naast de universiteit waar ik studeer, komt de stortplaats van de mijn. Een lithiummijn en alles wat dat met zich meebrengt, vervuiling, geluidsoverlast, pal naast de bebouwde kom, zal de mensen er sterk van weerhouden om Cáceres te bezoeken.
Ondanks het verzet van de bevolking komt de lithiummijn er waarschijnlijk wel. 'Nee tegen de mijn. Nee tegen de mijn.'
Dat zo.
Eerst die batterijfabrieken. Die hebben we ook in Nederland. Zoals deze.
We zijn begonnen vanuit een studentenproject van de TU Eindhoven, waar wij een elektrische motorfiets hebben ontwikkeld en daarmee in 80 dagen de wereld zijn rondgereden. Toen dachten we: we hebben nu elektrisch rijden laten zien. Laten we ons nu inzetten om elektrificatie mogelijk te maken en dan te richten op het meest cruciale component, de batterij.
Wat ze hier doen: batterijcellen op heel veel manieren verpakken tot accu's, zodat allerlei voertuigen en machines elektrisch kunnen rijden. Die accu's op maat verschillen niet alleen in vorm, maar bijvoorbeeld ook in gewicht en voltage. Dus hier zitten duizenden batterijcellen in, een hele hoop slimme technologie om die batterijcel te gebruiken. En dit systeem als geheel komt in een machine, bijvoorbeeld een graafmachine of een andere bouwmachine terecht.
Voor ons is er nog geen gigafabriek nodig, maar daar gaan we snel naartoe. Onze ambities zijn groot. We schalen hard op. We moeten wel.
Ook de EU wil de batterijproductie opvoeren en 90 procent van de eigen batterijbehoefte zelf produceren. Maar vooralsnog gaat dat moeizaam. Twee op de drie batterijprojecten in Europa dreigt vertraagd of afgeblazen te worden en dat baart hem (Maarten Steinbuch, hoogleraar autotechniek) zorgen.
'Als wij dus geen eigen productiecapaciteit in Europa hebben, zijn we afhankelijk van andere werelddelen voor een heel essentieel onderdeel van ons energiesysteem.'
Maar dat is nu wel de realiteit. Grote fabrikanten als Volkswagen en Tesla kiezen voor andere landen. Amerika is populair.
'Nu met de nieuwe wetgeving in Amerika op het gebied van klimaat vinden veel bedrijven die bedacht hadden om fabrieken te gaan bouwen voor batterijen het prettig financieel gezien naar Amerika te gaan. En dat is natuurlijk niet goed, omdat wij dan als Europa afhankelijker worden van zowel China als ook van Amerika.'
Stel dat Joe Biden met een hele zak geld staat te rammelen. Gaat u daar dan voor zwichten?
'Omdat wij dus kijken naar het doen van productie dicht bij de vraag is het ook voor ons relevant om daarmee naar Amerika te kijken.'
En die batterijcellen waarmee hij zijn accu's maakt, haalt hij uit Azië. De strijd om de batterijcel begon op een manier waarin Azië China voor een groot deel, Korea, begonnen is met het op hoog volume produceren van batterijcellen. Nu zie je dat die strijd opnieuw ontstaat, of dat gebeurt in Europa of in Amerika. Want zonder die batterijcel weerhoudt het je van bijvoorbeeld de transitie naar elektrisch rijden, werken of energieopslag überhaupt. Dus als wij als Europa daar niet zekerheid op hebben, zie ik dat echt als een groot risico.
Weer in Spanje, waar die lithiummijn er toch komt, dankzij een compromis.
De voorraden zijn ondergronds, dus de oppervlakte wordt niet aangetast. De verwerkingsfabriek beslaat 100.000 vierkante meter.
Meer dan de aanwezigheid van deze hal zal de stad volgens de directeur niet merken van de mijn. Bovendien levert het banen op. Heel welkom in deze arme regio.
'We hebben steeds contact gehad met de bevolking en we hebben geluisterd.'
'Mijn familie heeft een elektrische auto. Ze willen mobiel zijn. En dit was de meest milieuvriendelijke en betaalbare oplossing. Daarom begrijp ik dat lithiumwinning nodig is. Ik ben er op zich niet tegen, maar wel tegen de manier waarop het hier gaat.'
'Het lithium ligt daar nu eenmaal. Daarom moet die mijn op die plek komen. Want we moeten goed beseffen dat die essentieel zijn om te zorgen dat de energietransitie slaagt.
De 21e-eeuwse mijnindustrie lijkt er dus linksom of rechtsom wel te komen in Europa. Maar komt het er snel genoeg? De vraag naar lithium stijgt de komende jaren enorm snel. Zijn ze nog op tijd?
'Het is nooit vroeg genoeg. Maar het is ook nooit te laat, vind ik. Dus met veel stimulering kan er nog heel veel goed gaan.'