Hallo, ik ben Leon. Hallo, ik ben Pieter. Hallo, ik ben Soraya en wij gaan met Flip vliegeren. Ja, we gaan vliegeren!
Oh, wat kan Leon hard rennen! Hij doet het goed, die vlieger. Ho. Ah.
Ja, goed zo Leon!
We hebben ook een vliegtuigvlieger. Hoepla. En Soraya heeft een windmolen. Die doet het ook heel goed. Oh, daar gaat Leon weer.
Mooie vliegers hè? Omhoog. En omhoog. Oh, Pieter. Pieter? Je loopt in het water! Ik heb gelukkig geen natte voeten.
En alleen gaat het niet goed.
Kijk, een zakje doet het ook.
Dat is een mooie drakenvlieger!
Ik mag ook meehelpen.
Kijk, de vliegtuigvlieger, de drakenvlieger en de gele vlieger.
Leon, doe niet, zo gaan de draadjes door de war. Ja, je moet niet de draadjes door mekaar hebben. Dan gaan ze in de knoop. Nou, ze doen het wel goed. Ze doen het heel goed!
De windmolen doet het ook heel goed. Huh? Eentje doet het niet goed.
Zo, die kan goed vliegen! Dat is een windzak.
Mmm, mag ik ook een slokje chocolademelk? Mmm, mmm, lekker!
Ik vond het heel leuk met Soraya en Pieter en Leon. Vliegeren is leuk! Dag!