Tanden zijn eigenlijk een soort gereedschap. Als je een stukje vlees van het bot afscheurt gebruik je je hoektanden. Met je kiezen vermaal je je voedsel. Je tanden en kiezen zitten vast in je kaak met een wortel. Een tand heeft er één, een kies heeft er meerdere. Om je tanden heen zit een laagje glazuur, dit beschermt je gebit.
Met fluor, dat is een stof die in tandpasta zit kun je het glazuur sterker maken. Onder het glazuur zit het tandbeen, dit is minder hard dan het glazuur. Binnenin het tandbeen liggen allemaal bloedvaatjes en zenuwen, daar is het dus helemaal zacht.