Mensen die in sociale woningbouwhuizen wonen betalen huur tot een bepaalde hoogte. Ook zij kunnen kiezen en zich een huis eigen maken. Architecte Liesbeth van der Pol heeft dit verwezenlijkt.
Nog net binnen de Ring van Amsterdam hè, je ziet daar de ring, de A10, nog net lopen, met die soort ovaalvormige geluidsscherm, en daar moesten wij direct achter een woonwijk maken eigenlijk voor doorstromers. Dat zijn mensen die dus een huis verlaten, een sociale huurwoning in de binnenstad van Amsterdam. Als je hier in het hoekje staat, dan woon je hier aan een klein hofje. De woningen die hierin zitten, dat zijn zogenaamde aanleunwoningen of ja, ze worden ook wel 'kangoeroewoningen' genoemd, die hebben twee voordeuren: één aan het ene pleintje en één aan de andere kant, dat zijn twee verschillende huishoudens.
Op de begane grond wonen dan de ouders. Het idee was, dat de oudere mensen die daar wonen op de begane grond wonen, goed aanpasbaar voor minder validen etc. met een klein tuintje, en aan de andere kant zit ook een deur en die ontsluit die bovenwoning. Die bovenwoning is heel groot en het idee is nou, dat als die ouders echt hulpbehoevend worden, dat hun kinderen en hun kleinkinderen hun kunnen helpen. Daar zit dus ook een deur tussen en andersom, als die ouders werken en de kinderen zijn thuis, dat opa en oma kunnen oppassen. Dus op die manier was er enorm veel aandacht voor sociale aspecten in de samenleving, die je met gebouwen zou kunnen invullen en oplossen, en zeg maar een andere toekomst kunt geven.
De mensen moeten kunnen kiezen. Dus we hebben twee totaal verschillende eilanden gemaakt. Het andere eiland bestaat uit zogenaamde trommelwoningen: iedereen wil wel een tuin, wonen aan het water en het liefste op het zuidwesten waar de meeste zon komt. Wat we daarom gedaan hebben is die verdiepingen tegenover elkaar laten draaien. Dus dat betekent, dat jouw begane grond zit hier, maar jouw eerste verdieping zit op de begane grond van je buren. En jouw tweede verdieping zit weer om de hoek op de eerste verdieping van die buren. Dus al met al draait zo'n woning over drie lagen over 180 graden, dus een halve cirkel. Een cirkel is natuurlijk een ongelooflijk ding, dat heeft een middelpunt wat zó klein is, dat je er niet eens kan staan, want dan ben je al groter dan dat middelpunt, dat is superklein. En daar wonen dus 7 gezinnen aan. En ik denk, dat dat ook zeg maar in de sociale omgang met elkaar toch bijzonder is. Ja, we denken, dat we niet met elkaar om kunnen gaan in deze tijd, maar dat is niet zo.
Hierboven je hoofd dat ik hier nu aanraak is natuurlijk de trap van de buren. Die loopt met je mee omhoog. Mijn fascinatie ging ook over het idee, dat al die trappen achter elkaar aan holden. Zo'n huis wordt in plaats van een gewone doorzonwoning wordt een soort avontuur. En nu ben je dus op een heel ander punt dan waar je binnenkomt. En dat vind ik het leuke, het vertekent dus ook het perspectief, die woning is zó ontworpen, dat je uitzicht dus echt helemaal meegroeit met het landschap.