Onder leiding van Jacob van Heemskerck en Willem Barentsz vertrekt op 10 mei 1596 een vloot van twee schepen in noordelijke richting op weg naar China. Bij Nova Zembla stuitten ze op massa’s ijs. Één schip kan nog terugkeren. Het schip met Barentsz aan boord loopt vast.
Een van de opvarenden, Gerrit de Veer, houdt een dagboek bij: Na onze lange speurtocht op zee, en het vergeefse wachten of ons schip nog uit het ijs zou raken, was de herfst al bijna verstreken, en de winter begonnen. We konden niet meer terug en daarom hadden we besloten te blijven overwinteren. We wilden een stevig huis bouwen om ons te beschermen tegen de kou en de wilde beesten.’De mannen bouwen met gevonden hout en scheepsdelen een stevige hut – dat bekend zal worden als Het behouden Huis'.
Ze beleven daar een koude winter, en een poolnacht die twee maanden aanhield. Een hevige strijd met honger, ziekte en ijsberen staat hen te wachten. Pas in juni was het ijs zover gesmolten dat Barentsz het sein kon geven dat de tocht terug naar huis aanvaard mocht worden. ‘Willem Barentsz heeft nog een kort briefje geschreven dat hij in een kruithoorn in de schoorsteen van het huis achterliet. Daar stond in beschreven hoe onze reis vanuit Holland naar het koninkrijk van China was verlopen en wat we hier op Nova Zembla hadden meegemaakt, voor het geval dat er iemand na ons deze plaats zou bezoeken.’
De overwinteraars kregen in Amsterdam een heldenontvangst. Korte tijd later verscheen het dagboekje van Gerrit De Veer in druk. De nieuwsgierige zakenlieden konden eruit opmaken dat de noordelijke doorgang er niet was. Dan toch maar langs de zuidelijke routes. De eerste expedities waren al op weg. Barentsz maakte het niet meer mee. Hij was op de thuisreis gestorven.
Het ging snel in deze jaren. De gebroeders De Houtman bereikten het Verre Oosten al in de zomer van 1596. De Rotterdammer Olivier van Noort reisde, ondanks gruwelijke ontberingen, in 1600 om de wereld, en nog weer twee jaar later werd de Verenigde Oostindische Compagnie opgericht. In nauwelijks vijf jaar werden de fundamenten gelegd voor de Nederlandse heerschappij over de wereldzeeën. Op de scheepswerven werd het ene na het ander schip gebouwd en te water gelaten. Omstreeks het midden van de zeventiende eeuw voer meer dan de helft van wereldvloot onder Nederlandse vlag.