We gaan even een boekje lezen. Is dat goed? Ja?
Heel vaak is Emily samen met haar andere zusjes bij Annika te vinden.
Ze proberen Annika zoveel mogelijk te helpen in en rondom huis.
Ik vind het erbij horen eigenlijk.
Als je een zusje hebt of een broertje met een beperking, dan vind ik het erbij horen dat je ook thuis iets doet.
Dus hij graaft en hij graaft.
Annika heeft het syndroom van Down, waardoor ze anders opgroeit dan andere kinderen.
Ze is 10 jaar, maar ze heeft het verstand van een 3 of 4-jarige.
Dus ze kan nog niet goed lezen. En ze kan nog niet praten.
Leg hem maar terug. Goed zo.
En dat betekent dat Emily samen met de rest van het gezin veel op Annika let.
Niet eventjes, maar iedere dag urenlang.
En dat al een paar jaar.
Maandag zijn mijn ouders allebei werken.
En dan moeten mijn zus of ik klaar staan, zodat er iemand thuis is.
En... Goed zo.
En dan gaan we je mes pakken en smeren het uit.
Want anders heb je niet genoeg over je broodje heen.
Naar bed brengen doe ik wel eens.
Ehm, tandenpoetsen. Ik smeer wel eens haar brood.
En dat soort dingen.
Ik merk ook wel dat Annika het ook wel goed vindt dan.
Of dat als ik een keer iets strenger word...
dat ze dan toch wel luistert.
De aandacht gaat vaak naar haar zusje.
En hoe lief ze haar ook vindt, af en toe is dat best zwaar.
Ja, dat is wel lastig.
Dus ook met het eten, als ze dan heel erg druk is...
dan kan ik niet normaal iets aan mijn ouders vertellen, omdat zij er dan de hele tijd doorheen zit te schreeuwen.
En dat soort dingen zijn wel weer vervelend.
Annika mag er ook eentje uitzoeken. Annika, welke wil jij graag?
Eh... Bambi! Bambi, Bambi!
Nee, Annika mag uitkiezen.
Emily heeft hulp bij deskundigen gezocht om over haar situatie te praten.
Daar kan ze vertellen wat ze meemaakt, maken ze uitstapjes en ontmoet ze andere jonge mantelzorgers.
Dat soort leuke dingen, dat doen we dan gewoon.
En dan ben je er even tussenuit en hoef je niet te denken aan wat er thuis allemaal gebeurt.
Niet van: O, waar is Annika gebleven?
Je komt toch op de film?
Ze heeft goed leren omgaan met de situatie.
Samen met haar zusje maakt ze nu filmpjes voor Youtube om anderen te leren hoe je door gebaren met mensen met een handicap kan praten.
Het gebaar van de dag is: Blij.
Ik ben heel blij vandaag.
Ik vind het ook wel leuk dat we iemand hebben in het gezin die toch anders is.
Dat vind ik echt leuk.
Krijg ik een kusje?