We lopen over dijken, we rijden erover met fietsen, auto's en volgeladen vrachtwagens. We bouwen erop en vertrouwen erop. Mooi, nou fijn om te weten kunnen we vanavond weer met een gerust hart gaan slapen. Bedankt voor het kijken. Vergeet niet onze video te liken en te abonneren. Nee, nee, nee, ho wacht. Er zitten wel wat addertjes onder het gras. Natuurlijk kunnen onze dijken kapot en de boosdoeners komen soms uit onverwachte hoek. Ontmoet de muskusrat. Best een schattig beestje, toch? Maar een groot gevaar voor onze ijzersterke dijken. De tunnels van deze kleine gravers zorgen namelijk voor verzakkingen onder de dijken. En ja, dan krijg je scheuren. En dat willen we natuurlijk niet. Maar de grootste dreiging komt van het water zelf. Hoe zit dat dan? Een gemiddelde Nederlandse dijk voor zover je daarvan kunt spreken, ziet er ongeveer zo uit. Onze dijken mogen dan sterk zijn. Ze hebben ook hun grenzen. We moeten scherp blijven. Een dijk kan op meerdere manieren kapot gaan en met een moeilijk woord noemen we dat faalmechanismen. Zo heb je weer wat bijgeleerd. We nemen een paar faalmechanismen met je door faalmechanisme 1. De makkelijkste route voor het water loopt recht over onze dijken heen. Het water kan over de dijk stromen. Ja, zul je denken. Nou, dan maak je de dijk toch gewoon hoger? Ok. Hoe hoog moeten ze dan zijn? Ons klimaat verandert. Het ijs op de polen en in de bergen smelt sneller en daardoor stijgt het waterpeil op zee en in de rivieren. Niet alleen vervelend voor de pinguïns, maar ook voor ons. Steeds vaker krijgen we ook te maken met extreem weer en hierdoor moeten onze rivieren soms in korte tijd enorme hoeveelheden regenwater afvoeren naar zee. Veel meer dan ze aankunnen. Wanneer een dijk plaatselijk een klein beetje overloopt door hoogwater, is er trouwens niet direct sprake van een ramp. Maar het snelstromende water kan de binnenkant van de dijk. Dit deel, wel doen laten slijten en zo kan er een gat in de dijk ontstaan. Faalmechanisme. 2. In sommige gevallen, bijvoorbeeld wanneer de ondergrond uit zand bestaat, kan het water ook onder de dijk doorsijpelen en dat noemen we piping. Denk maar aan een pijp die onder de grond loopt. Als het water daarbij zand meeneemt, kan de dijk erboven instorten. Faalmechanisme. 3. En dan kan het water ook nog gewoon door een dijk heen. Nou ja, gewoon. Door hoge golven en stroming kunnen er namelijk stukken grond uit de dijk wegschuiven. Ook zonder zulk natuurgeweld kan water naar binnen dringen. Als water maar lang genoeg tegen de dijk slaat, kunnen er kleine openingen ontstaan. En de binnenkant van de dijk zuigt zich zoals een spons langzaam vol met water, waardoor de grond in de dijk van elkaar wordt afgeduwd. Zijn we er nu alsjeblieft? Nee, bijna, want ook uitdroging, bijvoorbeeld na een lange periode zonder regenval. Dat is een serieus gevaar. Door droogte kunnen er bijvoorbeeld scheuren gaan ontstaan in de dijk die hierdoor kan verzakken. Oké, tijd om alles even op een rijtje te zetten. Het water kan over onze dijken, er onderdoor en er doorheen. Dijken mogen niet te nat zijn, maar ook niet te droog. En dan hebben we ook nog die verdraaide muskusrat. Hoe kan het? Vraag je je misschien nu af dat ons land niet al lang onder water staat? Is het stom toeval? Geluk? Nee, natuurlijk niet. We zijn ons maar al te bewust van deze risico's en we hebben de dijken zo gebouwd dat ze tegen heel wat extreme omstandigheden bestand zijn. Bovendien hebben we in Nederland strenge wettelijke regels als het om dijken gaat en jaarlijks worden alle Nederlandse dijken geïnspecteerd. En als er hoogwater is, houden dijkwachten de dijken nauwlettend in de gaten. Daarbij maken we onder andere gebruik van geavanceerde modellen en berekeningen. Voldoet een dijk niet aan de eisen, dan wordt deze versterkt. Om een lang verhaal kort te maken. Ze kunnen dus echt wel kapot gaan, die dijken van ons. Maar we doen hard ons best om dat te voorkomen. Wil je meer weten? Kijk dan ook naar onze andere video's.