In natuurgebieden in Nederland kun je adders tegenkomen, maar voor deze addersoort moet je naar Zuid Europa. De Zuid Europese soort heeft een omhoog gebogen snuitpunt. Onze eigen adder heeft die niet.
Adders leven vooral van muizen. Deze adder heeft een muis ontdekt. Bliksemsnel slaat hij toe maar laat de prooi daarna weer los. De slang hoeft alleen maar te wachten tot de muis door het ingespoten gif dood gaat. Een bijtende adder prikt zijn holle giftanden in de prooi. Slangengif uit zakjes achter de tanden stroomt door een tand in de prooi. De slang slaat zo snel toe dat je alleen in vertraagde beelden ziet wat er allemaal gebeurt als hij een muis aanvalt.
De slang laat de prooi nu los en de muis gaat er vandoor. Maar door het slangengif sterft de muis binnen enkele minuten. De slang ruikt het spoor van de gebeten muis. Met zijn tong neemt hij kleine beetjes muizengeur op en brengt die in de bek. Daarbinnen zit zijn reukorgaan. De muis is al dood als de slang nog op zoek is.
De adder heeft de muis nu gevonden en zoekt uit hoe hij de prooi het beste op kan eten. De muis lijkt wel erg groot voor de bek van een slang. Toch lukt het de adder om de prooi in zijn geheel in te slikken. Dat komt, omdat een slangenbek heel ver uit kan rekken.
Slangen kauwen hun eten niet. Ze bijten hun prooi ook niet in kleine stukjes voor ze die inslikken. Geen wonder, dat het wel even duurt voor de muis helemaal naar binnen is gewerkt.
Niet alleen de bek rekt uit, maar ook het hele slangenlijf. Je ziet waar de muis binnen in de slang blijft. Adders eten muizen, ratten, hagedissen en spitsmuizen.