We beginnen dicht bij huis… op de planeet Mars. Nou ja, dichtbij…. De kortste afstand tussen de aarde en Mars is ongeveer 55 miljoen kilometer. Met de raketten van nu is het zo’n negen maanden vliegen. Mars is een fascinerende planeet. Hij is een koude, rode rotswoestijn… en toch lijkt hij op onze aarde. Mars had lange tijd zeeën en oceanen vol met water. Wetenschappers hebben sporen hiervan ontdekt in de rotsachtige bodem. Mars was een logisch startpunt voor onze zoektocht naar buitenaards leven. Daar konden we satellieten heen sturen om beelden te maken van het oppervlak. En om onderzoek te doen naar de dunne dampkring. Maar we wilden ook dichterbij komen. Zien of er iets bewoog tussen de rotsen, in de kloven, van de Rode Planeet. We stuurden onbemande verkenners die konden landen op Mars. En zelfs karretjes die over het oppervlak konden rijden. Het is niet eenvoudig om op Mars te landen. Toch is het de Amerikanen al zeven keer gelukt. De laatste grote missie was Curiosity. Deze ruimtejeep werd in 2011 gelanceerd en kwam in 2012 aan bij Mars. De missie kostte meer dan twee miljard euro. Het was dus zaak om hem zachtjes te laten landen. De ingenieurs van NASA bedachten hiervoor een spectaculair systeem. De capsule met aan boord Curiosity remde af op de ijle dampkring van Mars.
Een grote parachute bracht de snelheid nog verder terug.
Als laatste kwam een ruimtekraan in actie: de sky crane.
Met een kabel zette die de Marsauto zachtjes op de grond.
Curiosity ontdekte al vroeg in de missie organische moleculen op Mars. En ook andere metingen wijzen erop dat er ooit leven mogelijk was op de Rode Planeet.