We zijn in Utrecht, en de zee is in geen velden of wegen te bekennen.
Maar toch een roggenkwekerij. In deze bakken worden op dit moment zo'n 300 stekelroggen gekweekt. Van alle leeftijden.
Hier liggen de roggeneieren. Keurig op een rijtje. Het duurt best lang voor ze uitkomen, zo'n vier a vijf maanden. Aan de buitenkant zie je weinig, maar soms zie je iets bewegen. Als het roggetje groot genoeg is, zwemt hij zelf uit het ei. Zo de wijde wereld in.
Ah, moet je kijken, deze zijn drie maanden oud. Superschattig. Ze zijn zich echt aan het uitsloven.
Kijk, deze zijn alweer wat groter. Hier zie je goed hoe ze er van onder uitzien. Heel geinig, want dit is echt een soort babygezichtje. Hier zit het mondje, dat kun je goed zien. Daarmee eten ze schelpjes, wormpjes, kleine kreeftjes. Garnalen vinden ze ook heel lekker.
En die vijf plaatjes onder elkaar, dat zijn de kieuwen. Daar ademen ze mee. En daaronder zie je twee staartvinnen. Het lijken een soort beentjes. Daarmee bewegen ze zich door het zand.
En nog verder daaronder, maar alleen bij de mannetjes, twee claspers, dat zijn de voortplantingsorganen. Dus dat zijn eigenlijk twee piemeltjes.
Tijdens het kweken worden de vissen regelmatig opgemeten om te kijken of ze goed groeien. Zo kun je zien of het kweken goed gaat. Hij spartelt wel, hee!
Ze vinden het niet fijn om uit het water te gaan. Waarvoor is dat glasplaatje dan? Dat geeft hem steun bij zijn vleugels, zodat hij het gevoel heeft dat hij nog op de bodem ligt. Maar ze worden vanzelf weer rustig.
Dan kun je aan de onderkant kijken of het een mannetje of vrouwtje is. Hier zie je hele kleine piemeltjes. Dit hier zo. Dus dit is een mannetje. Dan leggen we hem voorzichtig hierin. En even een deksel om te voorkomen dat hij te veel spettert. Dan is hij 428,9 gram.
Na het wegen maken we nog een foto van de rog. Die foto kunnen we inscannen in de computer. En daaraan kunnen we de lengte en breedte en alles meten. Oké, dus fulltime rog en parttime fotomodel. Dat klopt.
In deze bak zwemmen de grootste roggen. Dat zijn echt flinke jongens. Dat verbaast me een beetje, want dat is niet de meest zeldzame soort. Waarom kweken jullie geen echt zeldzame soorten, zoals de vleet?
Als je een echt bedreigde soort gaat kweken, wil je geen fouten maken. Dus voor je dat doet, wil je eerst weten, met een soort die bijna bedreigd is zoals de stekelrog, die je goed kunt houden, om methoden en technieken te ontwikkelen. Dus de stekelrog is eigenlijk een experiment. Klopt, een pilotsoort.
Hoe kom je erachter waar die roggen straks gaan zwemmen in de Noordzee? Nou, ze worden 'getagd', zoals dat heet. Dat betekent dat ze een klein plastic merkje in hun vinnen krijgen. Daarop staat een uniek nummer en een website, sharkray.eu.
Voelen ze daar iets van, Remco? Heel weinig. Je zal zo zien dat ze heel snel herstellen en weer hun normale gedrag laten zien. Dit levert wat stress bij ze op, maar dat is alles.
Nu zit er zo'n tag in, en wat gebeurt er dan mee? Uiteindelijk gaan we ze uitzetten en willen we dat ze met tag en al worden teruggevangen. Door sportvissers, beroepsvissers, maakt niet uit wie. Zo kunnen wij zien of de dieren overleven en waar ze naartoe zwemmen. Dus om informatie te vergaren. Puur daarom, ja.
De roggen zijn inmiddels groot genoeg, de tags zitten in de vinnen. Ze zijn bijna klaar voor het echte leven. Maar eerst moeten ze nog even oefenen in een veilig stukje zee. Daarom gaan ze straks naar Yerseke in Zeeland.
Dit zijn de beroemde oesterputten van Yerseke. De oesters die op de Oosterschelde worden gekweekt, liggen hier te wachten tot ze verkocht worden aan de viswinkels. Er zit één lege put tussen, en die ligt daar.
Zo'n oesterput is niets meer dan een stukje Oosterschelde, maar dan afgeschermd, zodat er niks in en uit kan zwemmen. De put wordt steeds doorgespoeld met water uit de Oosterschelde. Dus de ideale plek voor de roggen om te oefenen voor het echte leven op zee.
De roggen zijn bij het kweken steeds gevoerd. Maar nu moeten ze zelf op jacht. Ze moeten leren op hun eigen voedsel te jagen. Alleen dan hebben ze goede kans om te overleven aan de andere kant van de dijk, op zee dus.
Ah, mooi om ze zo te zien zwemmen. Alweer een stukje dichter bij de natuur. Over een paar weken worden ze echt uitgezet. Dus hopen dat het goed gaat. Zet hem op, jongens! Jullie kunnen het.