Dit zijn ze dan, de netpythons. Eén van de gevaarlijkste wurgers ter wereld. Ze liggen er vredig bij, maar schijn bedriegt. Want als ze honger hebben, dan kunnen ze razendsnel zijn om hun prooi te vangen. En die prooien kunnen gigantisch zijn. Ze kunnen hele varkens naar binnen werken. Zo direct komen Sterrin en Harrie door die deur in het verblijf om ze te voeren. Dus ik ben benieuwd. Zij liever dan ik.
O, wauw. Eens even kijken. Wat hebben we hier? Een rat. En ik zie ook een konijn. Doe je dat bewust, dat ze verschillende dingen eten? Ja. Wat denk je, hoe gaan ze reageren? Nou, twee van de drie dieren hebben al drie weken niet gegeten. Dus ik denk dat die wel wat hebben willen. Die hebben wel trek? Al kunnen ze soms wel langere tijd vasten. Maar we zullen zien wat er gaat gebeuren zo. Spannend dit. Oh, ik vind het zo leuk. Oh, meneer heeft honger. Ja, dat heeft hij inderdaad. Kom eens, meneer. Ah, wauw. Die ratten heb je ook warm gemaakt, hè. Klopt. Daarom kunnen ze hem ook zo snel vinden nu. Inderdaad. Elk zo'n klein inhammetje in zijn bovenlip is een hittesensor. En dat is ook een van de superkrachten van deze pythons. Dat ze als het ware hitte kunnen zien.
We kunnen nu ook heel mooi zien waarom ze netpythons heten. Je ziet heel mooi dit netachtige patroon over hun hele lichaam. Eigenlijk is het best wel bijzonder dat we hier staan, want dit is gewoon de allerlangste slang ter wereld die we gewoon even aan het voeren zijn. Inderdaad.