Wist je dat een vlieger om stabiel te zijn zo symmetrisch mogelijk moet zijn? En symmetrisch betekent dat de ene kant precies hetzelfde is als de andere kant? Dus als je een vlieger dubbel zou klappen, dan zou de ene kant precies op de andere kant passen en een symmetrische vlieger vliegt veel beter dan een vlieger met twee verschillende vleugels, oftewel een asymmetrische vlieger.
Deze vlieger is symmetrisch, zie je dat deze kant van de verticale stok in het midden precies even groot is als die kant? Ze zijn elkaars spiegelbeeld. En precies dat zorgt ervoor dat de vlieger in balans blijft. Bij deze asymmetrische vlieger zie je dus dat die vleugels heel handig zijn. Dus deze gaat nooit kunnen balanceren op de lucht. Even checken. Er zijn vliegers in allerlei verschillende vormen: de klassieke ruitvorm, de Delta of vleermuisvorm, prismavorm, dierenvormen zoals draken en vlinders, maar voor al deze vormen geldt dat het belangrijkste is dat ze symmetrisch zijn, dat de ene kant hetzelfde is als de andere kant. Onthoud: symmetrie laat een vlieger vliegen. Symmetrie helpt dingen om goed te vliegen. De romp en vleugels van vliegtuigen zijn symmetrisch. Vogels en insecten die vliegen zijn ook symmetrisch, maar laat je niet voor de gek houden: niet alles dat symmetrisch is, kan ook vliegen. Kubussen zijn symmetrisch. Sinaasappels, citroenen en kiwi's zijn ook allemaal symmetrisch, maar vliegen; ho maar. Probeer het maar eens uit. Maak een symmetrische en een asymmetrische vlieger en kijk welke het het beste doet. Een vliegende vlieger. Het is bijzonder, maar geen wonder.