In 1933 komt Adolf Hitler aan de macht in Duitsland. Met als gevolg de onderdrukking en vervolging van Joden en andere minderheden in heel Europa. Ze worden opgepakt en gedeporteerd naar vernietigingskampen. In nog geen vijf jaar tijd worden hier miljoenen Joden omgebracht. Geallieerde strijdkrachten bevrijdden in 1945 Europa. En ook de kampen. Dit is het verhaal van Amsterdam. De weinigen die de verschrikkingen hebben overleefd keren aan het einde van de oorlog terug naar huis. Zo ook de Amsterdamse Joden. Vaak zonder ouders, zonder broers en zussen, zonder vrienden. Eenmaal terug in Amsterdam zijn ze op zichzelf aangewezen. Het enige waar ze nog op kunnen hopen is dat hun huis er nog staat. Veel huizen van gedeporteerde Joodse gezinnen zijn tijdens de oorlog doorverkocht. Eruit. M’n huis uit. Eruit! De enkeling die terugkeert zoekt zelf maar uit waar ze naar toe moeten. Joden die hun huis terugwillen worden bepaald niet met open armen ontvangen. Vaak hadden ze hun eigendomsbewijzen niet meer en de gemeente stelde zich uitermate strikt op. Direct na de oorlog kijkt de stad liever vooruit. Schouders eronder en vergeten wat er is gebeurd. Wat de Joodse huizenbezitters ook proberen zonder precies de juiste documenten krijgen ze hun huis niet terug. Totdat er niets anders opzit dan de gang naar de rechter. Na de oorlog wordt het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie opgericht. Vijf jaar lang verzamelen de medewerkers alles over de bezettingstijd. De rechtbank begrijpt…Maar de eigendomskwestie van de Joodse huizen wordt daarbij onderbelicht. Echter, gezien de huidige bewijsvoering en de informatie waarover wij beschikken is er geen grond om anders te beslissen. Dat alles overwegende verklaar ik eiseres niet ontvankelijk. De experts vinden geen bewijs dat Amsterdammers zich schuldig hebben gemaakt aan de roof en doorverkoop van huizen van Joodse eigenaren. Die bewijzen komen pas veel later aan het licht. Zo'n huis werd dan vaak op één dag via tussenhandelaren, via tussenpersonen meerdere keren verkocht, waarbij die prijs steeds verder werd opgedreven. Maar omdat dat een paar keer al was verkocht was dat niet direct herleidbaar tot een vroegere Joodse eigenaar. En dat is eigenlijk de realiteit die de Joden na de oorlog ook aantreffen. Er zijn ook allerlei Amsterdammers die toch vuile handen hebben gemaakt tijdens die oorlog. Maar als die oorlog voorbij is, zeggen ja. De handen wassen in onschuld en zeggen ons valt eigenlijk niks te verwijten. Pas vanaf 2016 wordt er uitgebreid onderzoek gedaan naar de huizenroof van Joodse eigenaren en het onrecht wat hen is aangedaan.