We hebben het natuurlijk de hele tijd over stikstof en hoe problematisch dat is voor de natuur. Maar wie heeft er nou echt last van? Een heel duidelijk voorbeeld is misschien wel de jeneverbes. Die kan daadwerkelijk minder makkelijk nakomelingen krijgen. Rik, jij doet onderzoek naar de jeneverbes. Ja. Wat hoe gaat het met die jeneverbes? Nou in West-Europa niet zo goed. In Nederland zie je dat de populatie is gehalveerd als je kijkt naar het aantal reproducerende jeneverbessen. En wat veroorzaakt dan dat ie, dat het niet zo goed ermee gaat? Nou, stikstof is een belangrijke oorzaak van dat het niet zo goed gaat met de zaadproductie. Dus er konden minder zaadjes gemaakt worden door de stikstof? Ja, als je kijkt naar de zaden dan zie je dat een heel groot gedeelte van die zaden, dat die eigenlijk niet gevuld is. En hoe meer stikstof er is, hoe minder van die zaadjes gevuld zijn. En je kan het echt zien aan de zaadjes zelf? Ja, we kunnen wel even kijken. Je ziet hier die besjes, nou, die moeten eigenlijk twee tot drie jaar aan de boom rijpen. En die blauwe die zouden goede zaadjes moeten hebben. En normaal gesproken zitten er dan drie zaadjes per besje in. Even kijken. Er zitten hier 1, 2, 3 drie zaadjes in, maar die en die zijn in ieder geval lijken nou leeg. Maar dus die plekken waar de zaadjes zouden moeten zitten daar of daar zit dus geen...Die zijn gewoon leeg, dus het omhulsel van het zaadje is er dan wel alleen van binnen zijn ze gewoon helemaal leeg. Er zit geen embryo's in en als er geen embryo's in zit ja dan kan er niks, dan gaan ze ook niet ontkiemen. Nee precies. En je ziet dat in Nederland is slechts 1% van die zaadjes gevuld terwijl het in een andere landen kan het ook wel twintig procent zijn, dus dan sta je al twintig-0 achter, zeg maar ten opzichte van bijvoorbeeld Zweden. En kan je dat dan ook in de bossen zien dat je bijvoorbeeld alleen maar ouwe, als een soort vergrijzing...Als je als je hier om je heen kijkt, dan zie je eigenlijk heel veel oude bomen, maar je ziet nauwelijks jonkies erbij komen. Stikstof maakt de bodem dus zuurder waardoor er voedingsstoffen uit de bodem verdwijnen. De lege besjes die hierdoor ontstaan kunnen niet ontkiemen. De jeneverbes populatie vergrijst. En je houdt enkel oude besjes over. Daarnaast heeft stikstof een nadelig effect op schimmels die in de bodem leven en door voedingstoffen uit te wisselen planten helpen met groeien. De overgrote meerderheid van alle planten die werkt samen met schimmels en die schimmels hebben allerlei voordelen. Rik neemt Diederik mee naar een jeneverbes van vijftien jaar oud, die mede hierdoor maar langzaam groeit. De jeneverbessen die hebben vrij rooie worteltjes. Oh ja. Daarom kun je ze wel goed herkennen. Kunnen hem wel even doorknippen. Op zich denk ik dat we hier wel genoeg materiaal aan hebben. In het lab wil Rik bekijken hoeveel schimmels er nog zitten op de wortels van deze jeneverbessen. Om dit te kunnen zien onttrekt hij eerst alle kleur uit de wortel en daarna geeft hij de wortel een blauwe kleuring. We zien hier dus de wortel zo liggen en in die wortel zien we hier allerlei donkere structuren liggen. En dat zijn die schimmels waar we naar op zoek waren. En deze wortel doet het eigenlijk best wel goed. Soms zie je helemaal geen schimmels en hier zitten er toch best wel wat in. En hoe meer van dit soort schimmelstructuren we zien, hoe sneller zo'n plantje groeit. Nou heb jij dit onderzocht met echt heel veel verschillende wortels en wat zie je dan? Nou, dan zien we dat naarmate het zuurder wordt, dan zie je dat het aantal soorten van die schimmel dat de afneemt. Dus die plant heeft minder vriendjes waarmee die zeg maar kan samenwerken. En hoe minder van die schimmels in die wortels zitten, hoe minder die plant groeit. Dus hoe minder goed die plant het doet. En dus dat ie nog een extra probleem heeft eigenlijk. Precies, door minder voedingsstoffen vindt die planten dan niet fijn, maar omdat ie ook nog eens een vriend kwijtraakt krijgt die er nog een keer een stress bovenop. Terug naar de hei. En is er nog iets aan te doen? Is het tij nog te keren voor de jeneverbes? Ja, dat kan wel. Moet wel die stikstof naar beneden. Ja. Maar dan hebben we zijn er wel maatregelen die we kunnen nemen om de jeneverbes te stimuleren. Dus we kunnen even daarnaartoe gaan. Daar hebben we een veldje staan waar we dat hebben getest. Wat onderzoeken jullie hier? We hebben hier voedingsstoffen toegevoegd. Dat zijn onder andere kalk en steenmeel. Dus hier zitten de voedingsstoffen in voor de jeneverbes? Ja precies. Een heel palet aan voedingsstoffen zit hierin. Heerlijk. Alles wat een groeiende jeneverbes nodig heeft. Oke. En werkt het, wordt de jeneverbes daar gezonder van? Vindt ie het fijn? Ja. Ja, zeker de planten die deze behandeling hebben gehad, die zijn gezonder. Nou, zoals je ook zou verwachten misschien wel. Is dit dan de oplossing, we pakken gewoon hele tonnen van dit spul en we gaan het verspreiden over de natuurgebieden van Nederland? Het probleem is dat het ook allerlei neveneffecten heeft die niet wenselijk zijn. Dus dat is A. En B, je hebt nog steeds een heleboel stikstof in de bodem waar dit pijpestrootje blijft overwoekeren. En hierin gaat geen jeneverbes ontkiemen. Dit gras groeit gewoon altijd sneller zolang er zoveel stikstof aanwezig is hier in de grond. Precies. Ja. Kalk en steenmeel kunnen jonge jeneverbessen dus een beetje helpen met groeien en overleven. Maar op de lange termijn is dit geen goede oplossing. Het is natuurlijk sowieso verschrikkelijk zonde als het oer-Nederlandse jeneverbes verdwijnt, maar heeft het nog verdere gevolgen, los van de jeneverbes als die weg zou zijn? De jeneverbes zelf zou al voldoende reden moeten zijn natuurlijk. Maar die jeneverbes, die is ook heel belangrijk voor de rest van het ecosysteem. Er zijn vijftig soorten insecten die hebben die jeneverbes nodig om te overleven. Die verdwijnen dan ook. Dus behalve de jeneverbes, raak je dan ook al die andere soorten kwijt. En als je dan hier om je heen kijkt, dan hou je eigenlijk alleen de heide over. Dus het enige wat je dan overhoudt is eigenlijk dit pijpegras. Precies ja. Ja. Dus als dat is wat we willen dan, ja. Keep on going.