Vliegtuigen en auto's. Het wordt allemaal stiller, maar toch neemt geluidshinder niet af. Als er een motor voorbij komt nou, dan stokken de gesprekken, want je verstaat elkaar niet meer. Baanbrekend onderzoek toont aan dat geluid echt iets doet in de hersenen. Is best uitputtend. Geluid beïnvloedt ons gevoel van welzijn en we kunnen er zelfs ziek van worden. Ondanks dat vliegtuigen, auto's en asfalt stiller worden, neemt geluidshinder niet af. De grootste veroorzakers zijn vliegverkeer, buren en autoverkeer. Geluidshinder lijkt misschien onschuldig, maar volgens het RIVM krijgen 750 mensen per jaar te maken met een hartziekte door geluidshinder. En ruim een half miljoen Nederlanders hebben last van slaap verstoring door lawaai. Erik Roelofsen is directeur bij de Nederlandse Stichting Geluidshinder. Hij wordt vaak ingezet als scheidsrechter wanneer er meningsverschillen zijn over de hinder van geluid. Tussen de snelweg en de tuinen van Barbara en haar buren staat een geluidsscherm. Deze zou in principe het geluid van de snelweg voor een groot deel tegen moeten houden. Ik meet nu 80 decibel verkeerslawaai, maar dat is van hele korte afstand, maar is behoorlijk hard, 82 inmiddels. Het effect van een scherm voor een woonwijk, j, dat moet wel serieus zijn, maar zeker wel twintig decibel omlaag gaan, want de norm voor nieuwe woningen is vijftig die we in Nederland hebben. En daar zit dan nog wel een bandbreedte en dat je nog iets hoger mag. Maar ja, heel vlak achter het scherm is het het meeste omdat je dan heel dicht bij het scherm staat en dan waait alles over zo'n scherm heen, zeg maar aan geluid wat hier vandaan komt en dan heb je hier heel veel geluidsschaduw zoals we dat noemen. Ja en hoe verder je weg komt van het scherm, ja dan komt het geluid wel neer. Dus dat is het effect van zo'n scherm. Volgens de bewoners houden bomen geluid tegen. Volgens Erik moet je dan al een flink bos hebben, maar doet het groen iets met geluidsbeleving. Martijn Luchten en Rodrigo Vassallo doen hier onderzoek naar. Vogeltjes. De rust is weergekeerd. Martijn heeft al verschillende mensen deze test laten doen en de resultaten zijn zeer bruikbaar. Tot nu toe zien we dus dat het groen leidt tot een prettigere beleving van het vliegtuiggeluid. Het geluid blijft exact hetzelfde. Maar we zien dus dat puur het aanpassen van die omgeving met dat groen al effect heeft op de geluidsbeleving van de omgeving. De bomen zijn weg, wat erg. Maar ik zie wel mooi de blauwe lucht nu. Is die weer. Nu mag je de VR-bril weer afzetten. Ja fijn. Nou welkom terug weer. Ja, dank je wel Ik vond dit niet een fijne ervaring. Dat is ook gerelateerd aan het moment dat daarvoor waar er nog bomen waren. Opeens waren die weg. Ja, dat had op mij een enorm effect merk ik. Ja. Als ik zo een geluidsmetingen uitvoer moet het stil zijn, want ik moet alleen het wegverkeer meten. Wij waren in Oostzaan en wat daar gebeurd is, is dat er bij een geluidsscherm bomen zijn weggehaald en opeens ervaren de mensen het geluid anders. Snap jij dat dat gebeurt? We weten wel dat op het moment dat mensen zicht hebben op bomen, dat ze dan minder last hebben of minder hinder rapporteren van dat geluid dan wanneer dat er niet is. Ja, er mag weer gepraat worden. We zijn heel nieuwsgierig. Hoeveel decibel was dit? Iets meer dan 60 decibel, gemiddeld genomen. Valt me tegen. Moeten we het er maar mee zien te leven of wat kunnen we eraan doen?
Juridisch gezien, heel strikt. Als je de wet toepast is er niks aan de hand. Ja. Ja, want voor bestaande woningbouw geldt er helaas geen geluidsnorm. Wat zou het fijn zijn als subjectieve geluidsbeleving objectief vast te stellen is. Nou ja, kom binnen hier in het lab. Dit is de experimentele opstelling hier. Neurowetenschapper Jan-Willem de Gee is de eerste in de wereld die dat gelukt is met baanbrekend onderzoek. We hebben hier een infraroodcamera. Je ziet eigenlijk hier dat die camera jouw gezicht al heeft gevonden en ook zelfs jouw ogen al heeft gevonden. En mijn neusgaten. Ja, je neusgaten, die staan er ook op. We doen hier eigenlijk onderzoek naar hoe het brein geluiden ervaart. En specifiek zijn we eigenlijk op zoek naar een manier of een maat die we kunnen gebruiken om op een objectieve manier vast te stellen hoe onplezierig iemand een geluid ervaart. Want zou je dan kunnen zeggen dat geluid en de ervaring van geluid wel degelijk te meten is? Ja, absoluut. Want Jan-Willem kan aan mijn pupillen zien hoe hinderlijk ik een bepaald geluid vind. De basis van dat onderzoek van Jan-Willem is dat wat we horen en zien samen binnenkomt in de hersenen. Als jij bijvoorbeeld een auto op je af ziet komen en die doet zijn knipperlichten aan en je hoort ook een toeter, dan heb je dus visuele informatie, auditieve informatie wat eigenlijk bij hetzelfde percept hoort, namelijk die auto die op je afkomt. Wat wij nou hebben gevonden is dat de pupilgrootte die je natuurlijk gewoon aan de buitenkant van je lichaam kunt meten. Ik zie nu jouw pupillen. Die pupil, die reguleert natuurlijk in de eerste plaats de hoeveelheid licht. Maar als je nou de lichtintensiteit constant houdt, dan zie je nog steeds de pupil groter en kleiner worden. Dan kan ik jou een aantal geluiden laten horen en steeds naar die pupilverwijding kijken die plaatsvindt bij het horen van elk geluid. Wat zegt dat dan? En wat we dan eigenlijk kunnen zien is dat hoe onplezieriger jij een geluid ervaart, hoe groter die pupilverwijding is. Dus we hebben eigenlijk, ik hoef jou helemaal niks meer te vragen, hoe onplezierig jij dat geluid vindt. Jij ziet dat. Ik zie dat, ik kan dat meten. Ik ben een open boek voor jou. Zo zou je het kunnen zeggen. Ja, ja, oei, ja. Jij gaat nu het experiment doen. We gaan je een groot aantal geluidjes laten horen en op dat moment mag jij aangeven op het toetsenbord hoe onplezierig je dat geluid hebt ervaren. En dan is je ringvinger, dat is 1, dus helemaal niet onplezierig. De spatiebalk is het meest onplezierig. En die andere 2 zitten daartussenin. Dit is de volgorde. Oké, daar gaan we. Succes! Je hoort me zo via de intercom. Joe. Oké, we gaan nu beginnen. Valt mee. Dit vind ik wel naar. Oe. Kippenvel staat op mijn rug. Valt mee. Wat is dit joh, een hond of zo. Spatiebalk. Oké, J=je bent een held. Yes, ik kom naar je toe. Haha, het is best uitputtend. Op het moment dat je klaagt over geluidshinder, loop je al snel het risico om voor gek te worden versleten. Wat nou als op alle punten we ongelijk krijgen? De last die we ervan hebben, daar moeten ze toch inspringen? Zou de methode van Jan-Willem de Gee in dit soort gevallen objectief kunnen vaststellen dat er iets gebeurt in de hersenen? Dat denk ik wel. Kijk, een van de voordelen van de methode die wij gebruiken is dat het goedkoop en draagbaar is. Dus we zouden die opstelling mee kunnen nemen naar een locatie. Bijvoorbeeld naar het huis van die meneer die jullie dan hebben gesproken en een heel simpel experiment doen dat. Jullie kunnen mee met de Rijdende Rechter. Nou ja, zo ver wil ik nu nog niet gaan, maar dat is geen science fiction, en dat meen ik echt.