Hoe zwaar het is geweest om gevangen te zitten in een concentratiekamp tijdens de Tweede Wereldoorlog, dat kunnen niet veel mensen navertellen. Maar David Groenteman kan dat wel. Hij is inmiddels 99 jaar oud en heeft Auschwitz overleefd, het grootste concentratiekamp van de nazi's.
Er zijn toch 1,5 miljoen mensen even doodgemaakt in Auschwitz. 1,5 miljoen mensen vergast. De schoorsteen rookte de hele dag waren ze mensen aan het verbranden. Dag en nacht. Je kon de rook uit de schoorsteen zien komen van het crematorium.
David Groenteman, 99 jaar oud. Hij raakte bijna alles kwijt wat hem lief was. Hier in deze stad Amsterdam. Op deze brug begint het, mei 1940. Je moet hier rechtsaf. Het ergste wat mij trof was toen die Duitsers binnenkwamen. Ik stond op de Berlagebrug. Daar kwamen de gemotoriseerde soldaten binnen en daar zag ik mensen uit de buurt staan om ze te begroeten met hun handen omhoog. Het is niet te geloven. Al mijn vriendjes hebben hier gewoond. Allemaal vrienden van school, niemand meer over. Helemaal uitgestorven. Ja, daar, dat is mijn kamer.
David Groenteman, zoon van een diamantbewerker, staat al jong op de schaats. Hier met zijn zes jaar jongere zusje. David wordt succesvol ijshockeyer, speelt voor het Nederlands Nationaal Team. Tot de bezetting.
Mochten niet meer in cafés. Joden verboden, Joden verboden overal. Ja, maar ik had jongens van ook van ijshockey. Wij waren in de ondergrondse en we deden veel ondergronds werk na 20 uur 's avonds op een fiets. Krantjes rondbrengen, papier rondbrengen. En toen zijn wij ook verraden.
Het gaat mis als David met drie verzetskameraden naar Engeland wil reizen.
Dus zijn we in elkaar geramd in de Doelenstraat, bij de, bij de Hollandse SS. En toen namen de moffen over. Toen werden we ondervraagd in de Euterpestraat, hebben we daar weer een pak slaag gehad en toen voor het gerecht alle vier ter dood veroordeeld.
De doodstraf. Smeergeld voor de Duitsers van een vader van een van de terdoodveroordeelden zorgt ervoor dat het vonnis verandert in vijftien jaar tuchthuis.
Toen werden we allemaal naar kampen gestuurd in Duitsland.
Het wordt een lange reis. Na zeven maanden cel. Een reis die begint in Kamp Vught en eindigt in Auschwitz.
Ik kwam in Auschwitz aan en daar was een...Moesten we alles uitdoen in de badkamer en dan kregen we dat nummer getatoeëerd. Zei ik. Ben jij Hollandisch? Ja, jij ook, zei ja, ik ook.
Het is een Nederlandse medegevangene die dit nummer tatoeërt.
Ze zei ik doe het een beetje netjes zo. Ik heb een heel klein nummer gekregen. Ik zei en hoe is het hier? En hij zegt joh zorg dat je je werk doet, dan laten ze je nog een beetje met rust, maar het is heel gevaarlijk, zegt hij. 's Morgens aantreden, om 6 uur. En 's avonds 18 uur kom je terug, maar met de helft van wat je wegging, de rest werd allemaal doodgemaakt onderweg. Zodra je ophield met werken kreeg je een kogel in je hoofd en weg, karretje kwam het lijk wegbrengen. Een hoop mannen zal ik maar zeggen. Daar bedoel ik mee mensen boven de veertig of zo. Die hadden er genoeg van en gingen 's avonds even aan het draad, dood. 2000 volt zit erop en 's morgens switchten ze dat af af en dan moesten wij die lijken er allemaal uithalen van het draad weghalen. Dat moest je doen. Ja, allerlei werken deden wij, alles. We hebben mensen moeten ophangen ook. 's Avonds op appèl hadden ze een grote tafel met een galg erboven met zes draden, touwen en de jongens hadden bijvoorbeeld een poging gedaan om te vluchten of iets en die hadden al 24 uur tussen de draad gestaan, dus die waren al helemaal duf en dan moesten ze, die moesten op die tafel gaan staan en die hoes om hun nek doen. En als je het niet doet dan hing je ernaast.
En als u moet schatten hoeveel mensen heeft u zien sterven? Honderden, honderden. David overleeft, want na twee maanden buitenwerk weet hij via een Nederlandse medegevangene werk binnen in een fabriek te krijgen. Als de Russen januari '45 Auschwitz naderen, evacueert de SS het kamp. David moet naar Mauthausen.
Met open gaten in mijn been en mijn nek op mijn achterwerk. Allemaal open wonden die niet dichtgingen.
De Amerikanen bevrijden Mauthausen. Ze verzorgen David en hij werkt een tijdje voor ze als vertaler. Maar hij wil terug naar Holland. Via Parijs komt hij in Antwerpen en koopt een fiets.
Daar ben ik doorgefietst naar Amsterdam. 36 kilo woog ik.
Davids moeder en oma leven nog. Zijn vader en zusje, ze blijken vermoord. Alle huizen van de familie Groenteman zijn ingepikt.
Kon geen woning krijgen en kon geen werk krijgen. Amsterdam na de oorlog. Het voelt als een koude douche.
Ik heb een vriendin waar ik mee op school was, die was ook in Auschwitz geweest en die stond in de rij in de Rijnstraat bij de bakker. Toen hoorde ze de vrouw achter zich zeggen kijk, die hebben ze nog vergeten te vergassen. Maar dat was de mentaliteit hier.
Gedesillusioneerd emigreert David naar Australië, waar hij een gezin sticht en ook zijn kleinkinderen nu ijshockey spelen.
Dit is prachtig. Schitterend. Ze hebben geluk, weten niet van oorlog of misère of ellende en dat is het mooie. Maar wij hebben het in ons systeem zitten. Het zit helemaal in je. Onbewust heb je er moeilijkheden mee. Het is anders geworden. Hele outlook op het leven is anders geworden. Je mist toch de mensen die je lief hebt gehad. Die komen nooit meer terug.