En dit is nou de bloemenveiling. Ja, hier komen al de bloemen naartoe van alle verschillende bloemenkwekers. Die komen allemaal hier hun bloemen brengen en dan zijn er de bloemenwinkels, die komen al hun bloemen hier kopen.
Zijn d’r ook tulpen?
Dan moeten we gaan zoeken.
Pepijn en Carlijn zijn op de bloemenveiling, op zoek naar tulpen. De bloemenveiling is eigenlijk een hele grote markt waar alleen maar bloemen worden verkocht. Er werken veel mensen op de veiling. Tijdens hun zoektocht naar tulpen komen ze allerlei mensen tegen.
Ja, dit is een keurmeester, die keurt de bloemen. Goedemorgen.
Goedemorgen.
Een keurmeester, die kijkt heel goed of de bloemetjes niet ziek zijn. En als er bloemetjes ziek zijn, dan vinden andere mensen ze niet zo mooi. En dan moet je het ook op een briefje schrijven en dan weet de koper of de bloemetjes ziek zijn of niet. Dus geen schimmel, of ze niet heel erg beschadigd zijn. En als het goed is, dan doe ik het weer netjes terugzetten en dan kan ie verkocht worden.
Maar zijn d’r geen tulpen?
Nee, maar ik zie daar wel een karretje aankomen.
Kijk: mooie bussen tulpen. Je mag ze wel keuren. Dat heb je net geleerd, toch?
Kunnen we deze nu meenemen?
Nee, deze moeten weer terug, die moeten weer op de kar, want die moeten nog naar de Veilingzaal toe om daar verkocht te worden. Wil je dat zien?
Ja.
Nou, dit is de veilingzaal. En hier zitten alle kopers die hun inkopen doen. En je ziet daar zie je de Klok, dat hele grote scherm wat daar hangt en je kan daarop zien wat voor bloemetje of dat je kan kopen. De mensen die naar beneden staan in het groen, dat zijn de “opstekers”, zo noemen wij die en die staan hier aan de kopers aan te wijzen: “dit is het bloemetje wat jullie op dit moment kunnen kopen”. Nou, daar in het witte kamertje, daar zit de veilingmeester en die kan precies op de computer zien wie welk bloemetje heeft gekocht. En als d’r dan een bloemetje verkocht is, dan rijdt hij zo die kant op de Veilingzaal weer uit. En dit zijn dus allemaal kopers die hier zitten in al die bankjes, en eh degene die hier op deze zwarte ronde knop als eerste drukt, die heeft de bloemen gekocht.
Kunnen we nu de tulpen kopen?
Ja, dan moet je op het juiste moment op die knop drukken. Probeer maar, Pepijn.
Nu!
Dit zijn ze dan, jullie tulpen!
Ja.
Alsjeblieft, tot ziens!
Dankjewel.
Dankjewel. Dag!
Doeg!