Veel mensen in Nederland hebben een inkomen uit arbeid. Om geld te verdienen moet je betaald werk doen. Je bent dan actief op de arbeidsmarkt. Dat is natuurlijk geen echte markt, maar het geheel van vraag naar en aanbod van arbeid. Als je wilt werken bied je arbeid aan. Bedrijven en instellingen die op zoek zijn naar personeel vragen naar arbeid. Vraag en aanbod dus.
Op de arbeidsmarkt komt door middel van vraag en aanbod een prijs tot stand. In dit geval het loon. Als er veel aanbod is en weinig vraag, zou het loon wel eens erg laag kunnen worden. Om dat te voorkomen heeft de Overheid het minimumloon ingesteld. Het is de bedoeling dat het minimumloon voldoende inkomen geeft om van te leven. Maar het werkt ook andersom: als er veel vraag is naar een bepaald soort werknemers, bijvoorbeeld computerprogrammeurs en er zijn er maar weinig, dan kan je goed geld verdienen als computerprogrammeur.
Op een arbeidsmarkt zijn net als op elke andere markt tekorten en overschotten. Zo kan er bijvoorbeeld een tekort zijn aan leraren. Een overschot, bijvoorbeeld te veel postbezorgers, leidt tot ontslag.