Bloed is rood vanwege de miljarden rode bloedcellen. Aan de buitenkant van elke rode bloedcel zitten eiwitten. Aan de hand van die eiwitten kun je het bloed indelen in de bloedgroepen. De belangrijkste zijn A, B, AB en 0.
Wanneer je een cocktail maakt van de verschillende bloedgroepen kan het goed misgaan. Zo hebben mensen met bloedgroep A bepaalde antistoffen, gericht tegen bloedgroep B. Als je A en B met elkaar mengt dan gaat de boel klonteren, je aders slibben dicht, bloed kan niet meer doorstromen en je legt je laatste loodje. Bloedlink dus.
Maar bloedgroep AB bijvoorbeeld, is een soort vampier, die vindt al het andere bloed lekker. En bloedgroep 0 die wil wet geen enkele bloedgroep wat te maken hebben. Dat kun je onthouden met het ezelsbruggetje ‘bloedgroep 0 is de [piep]’.
En dan hebben we ook nog de rhesusfactor! Rhesuspositief bloed wordt afgestoten door rhesusnegatief bloed, maar andersom gaat het ‘natuurlijk’ weer prima. Kortom, het is heel moeilijk allemaal, en daarom wordt voor de handigheid meestal alleen bloed gedoneerd tussen mensen met dezelfde bloedgroep en dezelfde rhesusfactor.
Dat wordt geregeld door de bloedbank, die altijd een prima partijtje bloed paraat heeft in alle soorten, maten en kleuren. Nou ja, alleen rood dus.